Skip to main content
Contactblad van de Historische Kring Bussum,  jaargang 2, nummer 1 (oktober 1985) pag 29-31

LEZERS REAGEREN

Van de Redactie

Klik hier voor de PDF versie van dit aertikel 

I     KL. Sierksma uit .Muiderberg reageert eveneens op het artikel over de Bussumse Van Dokkum in Jrg 1, nr 2, pg 9  vlgg. :
      J.D.C. van Dokkum en de Echo bij de Muider Berq

Zolang geen volledige bibliografie is geschreven van de toch wel bijzonder produktieve Van Dokkum is het zeker leuk, aanvullingen aan te dragen die op het Gooi betrekking hebben.
In "De Bouwwereld" jaargang XIX (1920) schreef onze auteur op de paginas 28, 29 en 30 over "De geschiedenis van een beroemde Echo (Muiderberg)".
Het is een typisch journalistiek verhaaltje geworden : nieuws is er niet in te vinden en heel duidelijk heeft Van Dokkum  -soms wel woordelijk- nageschreven  wat sedert 1779 [Johannes Florentius Martinet: Katechismus der Natuur IV] tot en met 1915  [A.L. Gerritsen "Over echo en echo's" in De Vriend des Huizes pg.641  e.v.] reeds geschreven was  in  [voor zover door mij tot nu toe achterhaald] 11 artikelen en boekjes.

Echter: Op één punt -en een heel erg belangrijk punt- is Van Dokkum alle eerdere onderzoekers en copiïsten voor. Misschien is er uit te concluderen dat hij ARCHIEFONDERZOEK verrichtte?
Bij het onderzoeken naar de ouderdom van "de echo" hadden tot aan Van Dokkum, en na hem tot op de dag van vandaaq allen deze Muiderberger echo in verband gebracht gebracht met een claus  uit P. C. Hooft's treurspel over Gerard van Velsen. Deze begin 17de eeuwse (1613) historie brengt namelijk een zekere Timon de Tovenaar op het toneel, die bij de Muiderberg wordt gevonden  om daar in echotaal antwoord te geven op enkele vragen over de toekomst, Het is een echte echo, zo in de geest van :

"Ghy die mijne eyghen stem te rugghe kaetst, in 't oor
"En antwoordt met mijn mondt, waer zy dy met u wonder ?
(Antwoord van de tovenaar :)                                Onder.

Afgezien van het feit dat ook Van Dokkum constateerde dat de Muiderberger echo niet zo 'werkt', maar 'gelijk spreekt', schreef hij (pg. 30) :
"In Hooft's tijd bestonden de tuinen van Rustwijk, en dus ook de muur niet."
Inderdaad heeft Van Dokkum volkomen gelijk: uit archiefonderzoek is gebleken dat Johan Six op 16 juni 1665 een huisje koopt van Jan Pieters Gijssen, gelegen aan de zeedijk "met een morgen  land ter syden het huys"; van Aernout Hooft (!!) koopt hij er op 2 september en 29 november nog enig bouwland bij. En pas dan wordt er een (heel klein) buitentje aangelegd, met een soort van  siertuin er omheen. Ook Jhr. E.A. va Sypesteyn [in: Oud-Nederlandsche Tuinkunst 1910 pg. 53] meldt reeds dat de halfronde muur,waarbij zich op Muiderberg het echoverschijnsel afspeelt, een restant is van een oud boomgaard terrein.

Trouwens, Johan Six zelf heeft voor Hendrik Hooft in de jaren 1675-1703 drie-maal in druk een gedicht gepubliceerd, getiteld "Muiderberg", breedvoerig handelend over al de liefelijkheden  en schoonheden van dorp en plantsoenen en Zuiderzee. Maar met geen woord rept hij dan over een echo-verschijnsel !
Het blijft een raadsel hoe onze J.D.C. van Dokkum dit fabeltje over de Muiderberger echo zonder archiefonderzoek de wereld uit dacht te kunnen helpen. Of had hij zijn wetenschap van de toenmalige  burgemeester van Muiden, de heer J.L. de Raadt (1904-1937), die [volgens Van Dokkum pg 30 voetnoot] er ook al op had gewezen dat het echo verschijnsel aan de "hofstede Rustrijk" was verbonden (en niet aan Hofrust, of Rustwijk, zoals tevoren wel werd beweerd).
Uit Van Dokkum's opstel blijkt overduidelijk dat de fabeltjes, die anno 1985 nog in kranten de ronde doen, eigenlijk toen al overwonnen waren.

Muiderberg, juni 1985
Klaes Sierksma

 

II     De Heer Barneveld uit Hilversum zond ons een tweetal 'artikelen' in de vorm van enige fotocopieën.

     
      IK las in een courant:
Beleedigd auteur.
Bussum 19 April. -   De politie heeft  den zwerver De R. aangehouden,
dien zij verdenkt van de inbraak, welke een dezer nachten bij uitgevers
firma van Dishoeck is gepleegd en
waarbij de kantoorpaperassen
overhoop zijn gehaald en overigens slechts de postzegelkas, welke 98 ct.
inhield, en een bronzen klokje, dat later in een nabij gelegen tuin is
gevonden,
werden vermist.
Wij vernemen, dat De R. eenigen tijd geleden, toen hij in de gevangenis
zat, een roman heeft geschreven, dien hij de firma van Dishoeck heeft
toegezonden.
Deze antwoordde, dat de taal die in het manuscript wordt
gebruikt, niet geschikt is voor het publiek, dat gewoonlijk haar uitgaven
leest, zoodat zij tot haar
spijt niet tot publicatie kan overgaan.
De R. heeft deze inbraak dus vermoedelijk gepleegd in zijn kwaliteit van
beleedigd auteur.
     
     

 

1)  Een berichtje over een Beleedigd auteur,
het begin van een tweede (slot-) artikel, getiteld 'De eenzamen' van Ds. J.A. Visscher in Op den Uitkijk Jrg 11, 1935.
De eerste aflevering stond op pg 396 t/m 401; de aflevering twee begint op pg. 435. 
Als specimen van "eenzame" treedt als eerste een  "auteur"  op die een appeltje met Van Dishoeck te schillen heeft.

2)  Belanqrijke informatie draagt aan de Standaard cataloqus van het R.K. Centraal  Bureau voor Lectuur, Amsterdam o.l.v. A.B.H. Gielen S.J., in 1925 verschenen bij uitgeverij Joost van den Vondel Amsterdam.
Het werk is geschreven "om lezers, die met zorg hunne lectuur wenschen te kiezen, daartoe de gelegenheid te bieden. Katholieken, want vooral voor hen is deze gids bestemd,  hebben daarbij rekening te houden met
I    De NATUURWET
II   De Kerkelijke Boekenwet
III  Den Index." 
Het boek is ingedeeld in 1. oorspronkelijke werken;  2. vertaalde werken;  3. verboden schrijvers en boeken,  de Index, waarop overigens geen enkele Nederlandse naam.

Een bloemlezing gegevens over Bussumse auteurs zou zeer interessant zijn  [ informatie als "gevaarlijke" 1ectuur , "verboden" (vlg Natuurwet of Kerkelijke Boekenwet), "pornografie" e.d.]
Nieuw en van belang voor Bussum zijn de volgende gegevens betreffende de heren Boelens en Fabius. Met name bevelen we de lectuur aan van Mevrouw Fabius, "onberispelijk van strekking" !

     
  BOELEN (Hendrik Theodorus) geb. te Amsterdam 1825. overl. te Bussum 1896. Hij was cargadoor en scheepsreeder en schreef onder psd. N. Donker.
Onder de Menschen - Twee Neven - Een Parelsnoer - Eind Goed al Goed. Vele novellen in tijdschriften en jaarboeken. alsmede twee drama's. Gravin Olga en haar Lijfeigenen - Maria van Utrecht, weduwe van Oldenbarneveldt.  Zijn boeken zijn goed en werden gaarne gelezen in zijn tijd. Zie ook

     
         FABIUS (A.N.J.) geb. 1858, overleden te Bussum 1920, waar hij als generaal en commandant der stelling Amsterdam gevestigd was.
Onder psd. F.A. Buis schreef hij eenige blijspelen en novellen in verschillende tijdschriften en eenige geschiedkundige werken, later ook veel gelezen historische en andere romans:
Een doelloos Leven - Marie Hudde - Binnenkamers en Buitenshuis - In Ketenen van Hoogheid - Bettekee - Maurits de Braziliaan - Het Leven van Willern III.
Fabius schreef over het algemeen boeiend. hij had ernstige studie gemaakt van den tijd waarin zijn romans speelden. Aan woordkunst deed hij niet en, hoewel geen kinderlectuur, bevatten zijn boeken voor volwassenen niets stootends.

    
  FABIUS (M.E. Cremer Eindhoven) geb. te Zwolle 1856, was gehuwd met generaal A.N.J. Fabius. Zij schreef kinderboeken, die zeer gaarne door de jonge lui werden gelezen, omdat zij den echten  kindertoon kon vatten. Als schrijfster voor volwassenen gaf zij eenige novellen uit, die onder den titel ,,Bloemstukjes"  in 1899 uitkwamen tegelijkertijd met een grootere novelle ,,Madonna".
Het is eenvoudige, lieve lectuur, soms wat dwepend en sentimenteel, maar onberispelijk van strekking.
 
     

 

III   Jacqueline Doorn  [zie Contactblad Jrg l nr 2 artikel "Negende boek van Jacqueline Doorn"] meldt dat zij: "op 8 juni 1985 benoemd is tot lid van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde te Leiden.
Hartelijk gelukgewenst hiermee !