Skip to main content

Luilak

Je was netjes opgevoed en je diende je ook op de openbare weg te onthouden van vreemd gedrag en overbodig lawaai. Er was echter een uitzondering “Luilak”. Het was in mijn jeugd de bedoeling de slapende bevolking van Bussum uit de slaap te halen door veel lawaai te maken. Dat werd opgewekt door achter de fiets, allerlei blikken, pannen en ander herriemakend materiaal mee te slepen.

Bij het krieken van de dag diende je klaar te staan om een tocht te maken door je buurt. Alleen was je nièt, en soms vormden zich hele optochten van herriemakende, jeugdige fietsers, een bijzondere ervaring, even een keer als groep tegen de normaal geldende wetgeving ingaan. Het bleef in mijn tijd, bij een onschuldig volksvermaak.
Het mocht met Luilak !! (Wat dit herriemaken met het Christelijke feest Pinksteren te maken heeft, is mij niet bekend, maar wellicht kan het Meertensinstituut, dat onderzoek doet naar tradities en volksgebruiken, U dat vertellen.)

Naast het vóórtrekken van lege conserven blikken achter je fiets, kon men die blikken ook op een wat technischer manier gebruiken om een soort huilende toon op te wekken. Die techniek had je natuurlijk afgekeken van grotere jongens die het Luilakgebeuren al meer hadden meegemaakt. Het maken van zo’n huilbus ging zo.
Langs de as van het achterwiel werd een ruw sisaltouw geslagen dat door de bagagedrager werd geleid. Een omgekeerd conservenblik dat op je bagagedrager werd geplaatst, werd van een gaatje voorzien, waardoor het touw werd gehaald. Door de lus die zo boven op het blik ontstond, werd een spijker gestoken die na enig draaien het touw om de achteras verder spande. Wat petroleum om de as werkte goed om de huilende toon bij draaien van het achterwiel, ten gehore te brengen. Het blik werkte dus als een soort luidspreker en versterkte de trillingen die met behulp van het ruwe touw werden doorgegeven.

Zo had Luilakkendag toch ook zijn educatieve kant. Wat later op school bij de natuurkundeles zou worden uitgelegd, werd hier al als ‘Luilakpracticum’ uitgevoerd. Tenslotte reed ik trots en verschillende jaren met mijn ‘piepbus’ tijdens de Luilak over de Bussumse dreven. Wat zwaarder trappen nam ik toen voor lief !