Skip to main content

Contactblad van de Historische Kring Bussum, jaargang 1, nummer 2 (maart 1985) pag. 18-21


De Hooge Bussemmerweg

M.J.M. Heyne

Klik hier voor de pdf-versie van dit artikel.
Onderstaande illustraties zijn aanklikbaar voor een vergroting.
Zie ook het vorige artikel op pag. 17.

 
Het stukje van de Vosmaerlaan dat al eeuwen geleden als weg werd gebruikt. Duidelijk is te zien dat de weg in de loop der tijd is uitgesleten. (Foto: Stevens)
 

De oorsprong

De Hilversumse notaris Albertus Perk stelde in 1842 een boek samen onder de wijdlopige titel "Verslag omtrent den oorsprong en den aard der gebruikregten op de heiden en weiden in Gooiland; bijzonder in betrekking tot de vraag, wie de geregtigden zijn tot dat gebruik". Hij deed dit in zijn functie van secretaris van de vergadering van Stad en Lande van Gooiland, terwijl hij bovendien agent was van het Domein in Hilversum. Bij dit verslag behoort een gedetailleerde kaart van het gehele Gooi, waarop vele oude veld- en wegnamen voorkomen.

Op deze kaart tekent hij vanaf de noordpunt van de toenmalige kom van het dorp Bussum een pad in oostelijke richting naar oud Bussum, dat langs dat landgoed verder naar Huizen voert. Dat pad heeft op Bussum's gebied de naam Hooge Bussemmerweg. Deze naamgeving duidt er op dat de weg reeds bestond toen er nog sprake was van Hoog Bussem. Wij weten dat deze naam in de tweede helft van de 16e eeuw werd gewijzigd in Oud-Bussum, naar het landgoed dat toen op de schamele resten van de verwoeste en verlaten nederzetting Hoog Bussem werd aangelegd.

Het pad moet uit de 16e eeuw stammen. In de 15e eeuw was Laag Bussum nog zo klein en onbetekenend dat het onwaarschijnlijk lijkt dat men toen al aan een verbindingsweg behoefte had. Zou dit wel zo geweest zijn, waarom liep de weg dan naar een punt op 400 m. ten noorden van de Brink en niet rechtstreeks erheen?

Reeds op de Ronde Kaart van Gooiland uit 1521 staat een weg aangegeven, die een eindje benoorden de dorpskern (waar de Kapel al staat aangegeven) in oostelijke richting naar Huizen loopt. Dit is slechts een vage aanduiding. Duidelijker is de bekende kaart die Otten rond 1735 tekende. Hierop slingert de verbindingsweg zich door de Naarder- en Bussemmer Engh naar Oud-Bussem en Huizen.

Het verloop

Over het eerste stuk van die weg kunnen we kort zijn: dat is de huidige Oud Bussummerweg inklusief het stuk tussen Brinklaan en Landstraat, dat eerst door het graven van de haven verdween en rond 1900 na het dempen van de haven terugkeerde.
Volgens de kadasterkaart uit 1824 en de kaart uit de gemeenteatlas van Kuiper uit 1867 boog de weg ter hoogte van de Bilderdijklaan naar rechts en liep langs de zuidzijde van het eerste stuk van de Burg.'s Jacoblaan. Op het punt, waar nu ongeveer het plantsoentje is aan het begin van de Vosmaerlaan, splitste het pad zich.

In twee richtingen kon men rechtuit richting Oud Bussum. De linkse arm volgde de huidige Vosmaerlaan, liep tussen de op Bussum grondgebied gelegen Naardense Openbare- en R.K. Begraafplaats, stak de weg Naarden-Laren over en volgde een kort stukje de Hinlopenlaan. Daar boog het al snel naar rechts af en liep naar het stenen bruggetje in de Oud Blaricummerweg. Vlak voor de oude rijksweg is ook nu nog duidelijk de ouderdom van het pad te herkennen. Door het vroegere gebruik, niet alleen als voet- maar ook als wagenpad, is het onverharde stuk hol uitgesleten. Aan weerszijden zijn nog de restanten te zien van hoog opgeschoten eikenhakhout dat waarschijnlijk een houtwal gevormd heeft langs de dodenakkers, maar nu erg verwaarloosd is.

De rechterarm van de splitsing liep ook naar de Larenseweg (Rijksweg), maar loopt verder dood op de weilanden aan de overzijde, ontstaan.door zandafgraving rond Oud Bussum. De meest rechtse arm staat op een gemeentekaart uit 1900 als Turfsteeg vermeld en liep in de richting van de Gooische Boer door de Bosjes van Verbeek.

Het gebruik

De Hooge Bussemmerweg vormde echter niet alleen eeuwenlang de verbindingsweg met oud Bussem en Huizen, ook zij die van en naar Naarden gingen kwamen hierlangs. Naarden had immers na 1685 nog maar twee toegangen, de Amsterdamse en de Utrechtse poort. Weliswaar bestond de Kerkweg langs de Bussummervaart (Lamb. Hortensiuslaan, maar deze was uitsluitend te bereiken via (een omweg over) de Bedekte Weg Langs de Binnenvest. In de Kerkweg/Brinklaan kwamen een paar hoge bruggen over de afzandingssloten voor. De ene was de Rode Brug op de grens van Naarden en Bussum, waar de zandschepen uit het latere Prins Hendrikpark onderdoor moesten richting Naarden. Na de komst van de spoorlijn werd het afgegraven zand naar het station toe onder deze brug door gevaren. De andere brug was tot 1883 een brug over de Veersloot, waar nu de Veerstraat op de Brinklaan uitkomt.

Deze bruggen waren zo lastig met paard en kar te nemen, dat men er de voorkeur aan gaf een omweg te maken. Men ging daartoe vanuit de Utrechtse Poort de Larense weg af. Vlak voor het Logement Jan Tabak sloeg men rechtsaf een pad in, waaruit de Jan Toebaklaan ontstond. Vervolgens ging men even linksaf en weer rechtsaf langs de afgravingssloot op de grens van Bussum met Naarden en kwam dan op een weggetje dat later (1907) in de Brediusweg werd opgenomen. Waar nu de Potgieterlaan is, liep men in een flauwe boog naar de Hooge Bussemmerweg toe.

De loop van dit pad naar Naarden is in de vorige eeuw een keer verlegd. Door het afgraven van de hoge gronden rond Naarden, en met name op Bussum's territorium, werd de weg naar Naarden door sloten doorsneden en werd een nieuw pad - meer naar het oosten toe - gevormd. Dat zien we als we de kadasterkaart van 1824 vergelijken met kaarten uit de tweede helft van de vorige eeuw. In 1867 moest men op weg naar Naarden de Hooge Bussemmerweg tot waar nu de Potgieterlaan begint volgen, om dan pas daar naar Naarden te kunnen afslaan.



De Hooge Bussemmerweg zelf bleef ook niet onaangetast. Het stuk langs de Burg. 's Jacoblaan werd vergraven. Over de hoge zandrug waar in het begin van de eeuw de Isaac da Costalaan werd aangjelegd, werd een omleiding gemaakt om de latere speelweide heen en uitkomend op het begin van de Vosmaerlaan.

De weg was dus een belangrijke toegangsweg voor het dorp. Het is dan ook niet verwonderlijk dat daaraan een herberg kwam. Op 7 februari 1797 vroeg en krceg Jan Kneuvens toestemming van het Naardense Stadsbestuur om in Bussum een herberg te beginnen. Blijkens de gemeentekaart van 1867 stond zijn herberg op de plaats waar thans op de hoek van de Oud Bussummerweg er Simon Stevinweg de auto-onderdelenhandel Mao gevestigd is. De grond was daar toen nog meters hoger. Hij noemde zijn herberg "de Zwaan" en tapte bier en anderszins voor de komende en gaande man.

Vanaf die herberg liep een voetpad direkt naar de dorpskern, richting Schoolstraat en het N.H.kerkje.

Het einde

Lang heeft dat echter niet geduurd. In 1879 werd vanaf Bastion Turfpoort de Kippenbrug gebouwd, waardoor voor voetgangers en later fietsers een kortere verbinding met Bussum ontstond, waarschijnlijk een ernstige financiële tegenslag voor herberg De Zwaan.

Anderszijds gingen de zandafgravingen door. Over de Oud Bussummerweg heen werd de Koeienkamp afgezand tot aan de Driestweg. Dit betekende het einde van de herberg. Door de aanleg van de Visserstraat werd reeds voor 1884 het voetpad voor verder gebruik afgesneden.

In het begin van deze eeuw ontwierp architekt K.P.C. de Bazel een plan voor bebouwing van de terreinen rond de Hooge Bussemmerweg. Het werd in twee gedeelten uitgevoerd. Het Vondelkwartier rond 1920 en in de 20er jaren en daarna het Brediuskwartier. Hierbij werd de loop van de oude verbindingsweg globaal in stand gehouden, maar door naamswijzigingen verdween de weg geheel uit de volksherinnering.