Skip to main content

Bussums Historisch Tijdschrift 21/2 (september 2005) pag. 34-42


Een nieuwe bestemming voor kerken: kijkshops in de Vitus, kantoren in de Vredekerk?

Lars Wieringa

Klik hier voor de pdf-versie van dit artikel.
Onderstaande illustraties zijn aanklikbaar voor een vergroting.

 

Inleiding

Sommige kerken zijn eenvoudig begonnen, van een woonhuis dat later wordt omgebouwd tot een kerk. En soms als het kerkelijk gebouw zijn functie als kerk verliest, wordt deze weer omgebouwd tot woonhuis. Maar er zijn in Bussum ook andere voorbeelden welke vaak dezelfde aanleiding kennen, met soms een andere afloop.

Begin jaren tachtig worden de eerste belangrijke besluiten genomen over de toekomst van een aantal kerken in Bussum. Een belangrijke reden hiervoor is het 'samen op weg traject'. Ook de afname van de Bussumse bevolking van 42.000 naar 31.000 en de ontkerkelijking zijn factoren van belang. De behoefte aan afzonderlijke kerkelijke gebouwen neemt af.

Van vier kerken in Bussum die de afgelopen 25 jaar zijn afgestoten zal worden bekeken wat er met het vrijkomende kerkgebouw is gebeurd. De kerken die hierbij worden belicht zijn de Vituskerk, de Vredekerk, de Heilige Hartkerk en de Zuiderkerk. Daaruit blijkt dat de uitkomst soms anders uitpakt. Waar de Vituskerk en de Vredekerk een nieuw leven tegemoet gaan via appartementenbouw in het voormalige kerkgebouw, zijn de Heilige Hartkerk en de Zuiderkerk afgebroken, waarna nieuwbouw plaatsvond.

Vooral is gebruik gemaakt van de dossiers van de gemeente Bussum en van regionale kranten. Een aantal dingen valt daarbij op. Zo is de gemeente vaak afwachtend t.o.v. de eigenaar, meestal het kerkbestuur. Welke initiatieven neemt de eigenaar vervolgens t.a.v. het af te stoten kerkgebouw? Maar welke rol kiest de gemeente? Wacht zij de plannen af of neemt ze meer initiatief richting een andere bestemming, al dan niet met behoud van het gebouw? En wat zijn de gevolgen van het wel of niet aanwezig zijn van een monumentale status? De bestemmingsverandering blijkt bij alle vier de hier belichte kerken een grillig verlopend en langdurig proces te zijn. Goed is daarbij te zien dat de gemeente de laatste jaren een veel meer actieve houding aanneemt dan zo.n 20 jaar geleden.

 

      
 
Afb. 1: Schets in PSP-notitie voor woningen in H. Hartkerk

Heilige Hartkerk

Een toenmalige politieke partij in Bussum, de PSP, reageert in 1981 via een eigen notitie op het door het kerkbestuur genomen beslissing op termijn van de sluiting van de Vituskerk en de Heilige Hartkerk (voetnoot 1). De Koepelkerk blijft daarbij gehandhaafd als centrale Rooms-katholieke kerk in Bussum. De PSP maakt zich in de notitie sterk voor behoud van de Vituskerk. "behoud van deze kerk dient onderdeel uit te maken van lokaal cultuurbeleid, dat mede betrekking moet hebben op de zorgvuldige instandhouding van de weinige architectonische monumenten die Bussum rijk is". De PSP ziet mogelijkheden voor alternatief gebruik en noemt daarbij ondermeer concertruimte, expositie- en vergadercentrum voor Gooise en Bussumse groeperingen, gemeentelijk informatiecentrum of nieuwe centrale bibliotheek. Ook ten aanzien van de Heilige Hartkerk ziet de PSP mogelijkheden. Wel merkt de PSP het volgende op: "Hoewel deze kerk geen cultuurmonument is, zoals de Vitus, biedt zij toch belangrijke perspectieven voor een alternatief gebruik". Voor alternatief gebruik worden huisvestingsmogelijkheden genoemd.

In 1982 laat het kerkbestuur een planstudie verrichten naar de mogelijkheden om de H. Hartkerk te verbouwen tot wooneenheden. De gemeente laat weten positief over woningbouw mee te denken. In 1987 zit er, zoals blijkt uit een nieuwe brief van de PSP-fractie, nog niet veel schot in de plannen rond de H. Hartkerk (voetnoot 2). In 1989 lijkt er dan overeenstemming te zijn over 37 appartementen die in de kerk moeten komen (voetnoot 3). In juli 1989 zijn de geluiden in de Gooi-en Eemlander echter minder positief (voetnoot 4). De krant bericht dat onzeker is of de appartementen in de kerk kunnen worden gebouwd. Ondermeer wordt eerst onderzocht of de kerk bestand is tegen de ingrijpende  maatregelen die nodig zijn om de appartementen te kunnen bouwen. Zo wordt genoemd dat het een  probleem is dat eerst de gewelven verwijderd moeten worden om de appartementen in de kerk te kunnen bouwen.

      
Afb. 2: Gewelven H. Hartkerk
 

In oktober 1989 bericht de Gooi- en Eemlander dat de gemeente besloten heeft tot sloop van de kerk omdat het plan om appartementen in de kerk te bouwen, technisch niet haalbaar is. De gemeente gaat nu zelf een bouwplan ontwikkelen.

       
 
Afb. 3: Sloop kerk(toren)

De dag ervoor in de raadscommissie werd de suggestie gedaan om de kerktoren te laten staan en die op te nemen in het woningcomplex. Een jaar later - in 1990 - worden dan in de commissie RO de uitgangspunten voor de woningbouw van de locatie Heilige Hartkerk besproken. De kerktoren maakt daar - in afwijking van de suggestie uit de raadscommissie - geen onderdeel van uit.

In juli 1991 vindt dan de sloop van de heilige Hartkerk plaats, een gebeurtenis die dagen in beslag neemt omdat het kerkgebouw en de toren erg taai blijken te zijn voor de slopershamer.

Hetzelfde jaar wordt de bouwvergunning voor de nieuwbouwappartementen verleend.

 

Vituskerk

Vanaf het begin neemt de status van Rijksmonument voor de Vituskerk een belangrijke plaats in het proces. In 1976 had de toenmalige minister van CRM de kerk op de monumentenlijst geplaatst. Het kerkbestuur verzette zich tegen deze beslissing. Reden: men voorzag dat, door de gestage leegloop, twee van de vier katholieke kerken in Bussum gesloten moesten worden. Plaatsing van op monumenten van één van de gebouwen zou de zaak alleen maar ingewikkelder maken. Het kerkbestuur ging in beroep tegen de plaatsing op de monumentenlijst. Maar de Raad van State stelde in 1980 het bestuur in het ongelijk. En zo werd de St. Vitus een monument, tegen de wil van de eigenaren (voetnoot 5).

In 1982 wordt de Vituskerk gesloten. Hetzelfde jaar besluit het college in te gaan op het verzoek van  de stichting 'Vrienden van de Vitus' om een gesprek aan te gaan inzake een mogelijke sociaal-culturele functie van de Vituskerk (voetnoot 6). Ambtelijk wordt in het betreffende collegevoorstel het volgende opgemerkt: "Het is u bekend dat in het kader van de haalbaarheidsonderzoek af. De plannen (van de betrokken kerkbesturen) tot sluiting van de H. Hartkerk en de St. Vituskerk een stichting is opgericht als taak een (andere) bestemming te geven aan laatstgenoemde kerk (geplaatst op de rijksmonumentenlijst). Op grond die bescherming kan het gebouw, voor zover om financiële redenen in richting gedacht worden, niet worden afgebroken."

      
Afb. 4: schets congresruimte in Vituskerk
 

Er wordt in 1983 een advies uitgebracht over instandhouding en hergebruik van de Vituskerk (voetnoot 7). Daarin wordt gesteld dat de Vituskerk zich in de huidige vorm het best leent voor activiteiten op het gebied van muziek. Met een paar aanpassingen kan geëxposeerd worden. Overigens worden - ondanks een uitgebreide inventarisatie van herbestemmingen - huisvestingsmogelijkheden niet overwogen, zelfs niet genoemd! Daarna stagneren de ontwikkelingen. Het kerkbestuur (parochiebestuur) neemt de taken weer over van de stichting 'Vrienden van de Vitus'. Het college wijst een gemeentelijke bijdrage aan een haalbaarheidsonderzoek af. De jaren daarop zullen soortgelijke verzoeken bij herhaling opnieuw aan de orde komen.

In 1984 wordt het 100 jarig bestaan gevierd in de kerk, die dan nog steeds een onzekere toekomst voor zich heeft liggen. Een nieuwe stichting die is opgericht, de Stichting Sint Vitus-Kerk Bussum die ten doel heeft de Sint Vitus-Kerk in stand te houden, gaat zich met de kerk bezighouden. En er worden onderhoudswerkzaamhe den gepleegd door  vrijwilligers die de verpaupering van de kerk willen tegengaan.  Maar op 5 oktober 1988 richt een uitslaande brand grote schade aan in de Vituskerk.

Dan neemt blijkens de dossiers de gemeente meer het initiatief. In  989 laat het college nader onderzoek verrichten naar de ontwikkelingsmogelijkheden van de  Vituskerk. Vooral wordt gedacht aan een functie als congresruimte.

       
 
Afb. 5: schets Vituskerk met glazen pui

Geconcludeerd wordt dat er  behoefte is aan een congrescentrum, omdat de huidige accommodaties in Bussum, in casu t Spant, kwantitatief te gering zijn om aan de toenemende vraag te voldoen (voetnoot 8). Het realiseren van een congrescentrum wordt beschouwd als een creatieve en functioneel aantrekkelijkeoplossing. De gemeenteraad echter stelt in commissieverband kanttekeningen bij zowel de gekozen functie, als de financiële consequenties die verbonden waren aan de exploitatie van het congrescentrum (die 't Spant op zich zou moeten nemen, volgens de plannen). Ook wordt gevraagd of de kerk kan worden aangepast voor huisvesting van sociaal-culturele instellingen (voetnoot 9).

Het college concludeert in een nieuwe notitie in 1991 aan de hand van een extern onderzoek, dat het congrescentrum binnen de aanvaardbare termijn geen slagingskansen heeft. Wel wordt gedacht aan de haalbaarheid van een andere bestemming, namelijk thema-winkels (in concreto acht kijkshops van hoogwaardige modewinkels, antiquairs en curiosa, woninginrichting, woondecoratie, dining, kitchen) (zie afb. 5, afb. 6). Maar ook dit plan haalt het niet.

        
Afb. 6: schets kijkshops in Vituskerk
 

In de jaren 1991 tot 1996 zijn er verschillende activiteiten. Een werkgroep Vituskerk, met daarin ook een ambtenaar van de gemeente, houdt zich enige tijd bezig met het op een rijtje zetten van de plannen en mogelijkheden. Insteek van de werkgroep is een commercieel-cultureel centrum (zie afb. 7).

       
 
Afb. 7: schets commercieel-cultureel centrum in Vituskerk

Een initiatiefgroep Vitus Quo Vadis ontwikkelt een plan, waarbij de kerk zal worden ingericht als muziekcentrum met repetitie- en opnameruimtes. Naast de opnamestudio zou de kerk voor concerten voldoende publiek kunnen herbergen, zonder dat daarbij de fraaie akoestiek verloren zou gaan. Ook een beperkte horecafunctie maakt deel uit van de plannen. Het plan van Vitus Quo Vadis dat gericht is op behoud van het behoud van het karakter van de kerk en stimulering van een functie  op cultureel gebied, biedt qua  exploitatie echter weinig houvast  vanwege de afhankelijkheid van subsidiegevers. Maar ook dat plan gaat niet door.

Alternatieve gebruiksmogelijkheden die in de jaren 1991-1996 zijn  onderzocht, bleken niet haalbaar. De blik komt vanaf 1997 te liggen op woningbouw waarbij via de daarvoor geëigende wegen beroep zal kunnen worden gedaan  op financiële medewerking van het  rijk. In 1997 wordt door de toenmalige eigenaren gedacht aan een  splitsing van het kerkgebouw en  de toren, zowel qua eigendom als  qua functie. De gemeente wordt daarbij gevraagd het eigendom van de toren op zich te nemen. Het college trekt vervolgens in reactie daarop een duidelijke lijn en maakt  de kopende en verkopende partij . duidelijk dat de gemeente staat  voor behoud van de kerk en toren als geheel. Voor restauratie van de  toren wordt een bedrag van  360.000 gulden gereserveerd. De  commissie Ruimtelijk Kwaliteit formuleert in maart 1998 de voorlopige uitgangspunten voor het behoud van de Vituskerk. Daarin is ondermeer opgenomen dat alleen wordt meegewerkt aan herbestemming als deze het behoud van kerkgebouw en toren tot gevolg heeft.

      
Afb. 8: indeling appartementbouw Vituskerk begane grond
 

In april 1998 is er een informatieavond over de woningbouwplannen in de Vituskerk. Daarbij wordt aangegeven dat er voorlopig kantoren zijn gepland in de bovenste laag onder het dak van de kerk. Daarnaast komen er zo n 32 appartementen in het kerkgebouw in maximaal 5 lagen. Ook is de bedoeling dat de voormalige doopkapel zal worden ingericht als een soort ontmoetingsruimte voor de bewoners. Hiervoor maakt wethouder Gouka van Monumentenbeleid zich sterk.

Een jaar later worden de definitieve uitgangspunten gepresenteerd. Daarin wordt vermeld dat kantoorruimte onder voorwaarden is toegestaan (voetnoot 10). Uiteindelijk zullen de kantoren komen te vervallen. Ook het idee voor de ontmoetingsruimte redt het niet; de voormalige doopkapel zal onderdeel gaan uitmaken maken van één van de appartementen.

Daarna volgen nog een paar drukke jaren van planvorming en uiteindelijk de bouwwerkzaamheden (zie afb. 8).

In 2003 tenslotte wordt het woningbouwproject in de Vituskerk afgerond, na ruim 20 jaar leegstand.

 

Zuiderkerk

In 1988 verschijnt er in de Gooi- en Eemlander een bericht over een idee van toenmalig PvdA-raadslid  . en huidig wethouder Adriaan Branderhorst. Hij oppert om de Zuiderkerk (en de  Verlosserkerk) te betrekken bij de discussie over de Irenestudio (waar nu het grote appartementencomplex aan de Schoolstraat  staat). "De Zuiderkerk zou je kunnen slopen, maar je zou er ook bijvoorbeeld woningen in kunnen maken" (voetnoot 11).

      
 
Afb. 9: Sloop Zuiderkerk

In 1994 wordt bekend dat de federatie van de twee grootste protestantse kerken in Bussum zich zal groeperen rond de Wilhelminakerk, de Verlosserkerk en Spieghelkerk. De Zuiderkerk (en het Vredekerk-complex) zullen worden afgestoten (voetnoot 12). In 1995 volgt overleg met de eigenaren, het College der Kerkvoogden der Hervormde Gemeente te Bussum, over het opstellen van een gezamenlijke intentieverklaring inzake de bestemming van de Zuiderkerk en de Vredekerk. Het plan omvat ondermeer dat de Zuiderkerk wordt bestemd voor de functie wonen en de bestaande gebouwen mogen worden gesloopt. Duidelijk wordt dat het college van burgemeester en wethouders een actieve rol kiest, zoals ook blijkt uit zij ook partij wordt in de intentieverklaring waarbij de diverse partijen een taakverdeling afspreken.

In juni 1998 worden de voorlopige uitgangspunten van het terrein  Zuiderkerk besproken in de raadscommissie. In de voorlopige uitgangspunten is echter opgenomen "dat nog zal worden bezien of  behoud van de kerk ook een optie  kan zijn". Als dat geen optie is  komen de uitgewerkte varianten met appartementen- en woningenbouw in beeld. De ontwikkelaar onderzoekt vervolgens de haalbaarheid om in het bestaande (kerk)gebouw te bouwen. Om redenen van een lagere opbrengst (o.a. moeten aanpassen fundering), de mogelijkheid minder woningen te kunnen bouwen en het weinig karakteristieke uiterlijk van de kerk, wordt die optie door de ontwikkelaar niet als reëel gezien. In hetzelfde jaar - 1998 - wordt in de krant nog melding gedaan dat De Nederlandse Genealogische Vereniging belangstelling heeft om de Zuiderkerk te kopen om diens te doen als landelijk documentatiecentrum (voetnoot 13).

      
Afb. 10: tekening nieuwbouw hoek Ceintuurbaan Abraham Kuyperlaan
 
 

In 1999 wordt bekend dat de pogingen om het kerkgebouw te behouden op niets zijn uitgelopen. Het is nu zeker dat de kerkenraad het pand afstoot aan een projectontwikkelaar. Bijzondere elementen uit kerk worden aan belangstellenden verkocht (voetnoot 14). Via nieuwbouw zullen 32 appartementen en 7 herenhuizen worden gebouwd op de locatie van de Zuiderkerk.

In 2003 wordt de Zuiderkerk gesloopt (voetnoot 15).

Kort daarna begint de nieuwbouw.

 

Vredekerk

De bestemmingswijziging van de Vredekerk loopt grotendeels parallel aan die van de Vredekerk.

      
 
Afb. 11: Links voormalige Irenestudio met Vredekerk in 1942

In 1989 echter reageert de voorzitter Homan van het college van kerkvoogden van de Hervormde  Kerk op een brochure van projectontwikkelaar Citex. Daarin had Citex het idee opgevat om een duur en luxueus winkelcentrum op de plaats van Studio Irene te bouwen. Tevens werd melding  gemaakt dat de Vredekerk op de nominatie staat om verkocht te  worden. Homan sluit niet uit dat op  langere termijn kerken in Bussum dichtgaan. "Maar of dat dan de Vredekerk wordt? Misschien is het wel beter dat de Wilhelminakerk sluit" (voetnoot 16).

       
Afb. 12. appartement in één van de zijbeuken
van de Vredekerk
 

In 1994 wordt bekend dat de federatie van de twee grootste protestantse kerken in Bussum zich zal groeperen rond de Wilhelminakerk, de Verlosserkerk en Spieghelkerk. Het Vredekerk-complex (en de Zuiderkerk) zullen worden afgestoten.

In 1995 volgt overleg met de eigenaren, het College der Kerkvoogden der Hervormde Gemeente te Bussum, over het opstellen van een gezamenlijke intentieverklaring inzake de bestemming van de Zuiderkerk en de Vredekerk. Het plan omvat ondermeer dat het gebied van de Vredekerk . met de aangrenzende Van Oeverengronden - wordt bestemd voor de functie wonen en gecombineerd met milieuvriendelijke bedrijven. Het bestaande kerkgebouw wordt gehandhaafd. Er wordt een onderzoek ingesteld naar de verbouw van het kerkgebouw tot wooneenheden, eventueel gecombineerd met milieuvriendelijke bedrijven. Indien verbouw niet haalbaar blijkt, komt nieuwbouw aan de orde.

Duidelijk mag zijn dat de verbouw haalbaar is gebleken. In september zullen de appartementen worden opgeleverd. Begin juli 2005 hebben belangstellenden al de gelegenheid gehad om het kerkgebouw te bezichtigen.

Net als in de Vituskerk is als het ware een gebouw in een (kerk)gebouw gebouwd dat eigenlijk 'los' staat van de kerk, dit in tegenstelling tot de toenmalige plannen voor behoud van de Heilige Hartkerk waarbij deze optie kennelijk nooit in beeld is geweest. Dat was echter ook 10 jaar eerder.

In september 2005 zullen de eerste appartementen van de Vredekerk worden opgeleverd.

 

Noten

1 Notitie van PSP Bussum van 16 februari 1981 gericht aan ondermeer raad en college van Bussum.
2 Brief van PSP Bussum van 8 februari 1987 gericht aan het college van Bussum.
3 Gooi- en Eemlander 5 januari 1989.
4 Gooi- en Eemlander 13 juli 1989
5 St. Vituskerk, wonen met bezieling. Het tweede leven van een kerk, 2003.
6 Collegebesluit van 3 mei 1982, nr. A49723.2
7 Vitus Bussum, advies sbg juli 1983
8 Nota Vitus, een monumentaal congrescentrum van april 1990.
9 Verslag commissievergadering van RO en FOW van 23 oktober 1990.
10 Definitieve uitgangspunten voor de herbestemming van de Sint Vituskerk, bijlage bij uitnodiging inspraakavond van 8 maart 1999.
11 Gooi- en Eemlander 18 oktober 1988.
12 Gooi- en Eemlander 13 oktober 1994.
13 Gooi- en Eemlander 21 augustus 1998.
14 Gooi- en Eemlander 6 oktober 1999.
15 Gooi- en Eemlander 8 mei 2003.
16 Gooi- en Eemlander 19 juni 1989.