Skip to main content

Bussums Historisch Tijdschrift 27/3 (december 2011) pag. 20-21


Dokter Hans Hendriks - ruim 50 jaar een begrip in het Gooi

 

Jan Hammer

 

Klik hier voor de pdf van dit artikel

Onderstaande illustraties zijn aanklikbaar voor een vergroting.

Veel van de oudere inwoners van Bussum, en van het Gooi, kennen hem vast en zeker. Hans Hendriks, de arts die van grote waarde is geweest voor de gezondheidszorg in het Gooi en ook na zijn pensionering een belangrijk voorvechter voor de ouderenzorg was. Dat hij in 1997 koninklijk werd onderscheiden, benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje Nassau, is niet verbazingwekkend als we kijken naar zijn grote verzameling activiteiten.

 

   

Inspiratie

Hans zijn passie voor de gezondheidszorg kwam niet uit de lucht vallen. Hij werd op 2 september 1928 geboren in Amsterdam. Zijn vader was alternatief genezer en iriscopist van beroep. Deze vorm van geneeskunst was toen nog niet algemeen geaccepteerd. Hij liep het gevaar beschuldigd te worden van kwakzalverij en het onbevoegd uitoefenen van de geneeskunst. Maar Hendriks senior ging uiterst zorgvuldig om met zijn patiënten en is dan ook nooit in aanraking met Justitie gekomen. Het leek dus een logische stap dat Hendriks junior na zijn eindexamen gymnasium in Amsterdam medicijnen ging studeren. Hij werd daarbij niet alleen gestimuleerd door het voorbeeld van zijn vader, maar ook dr. Albert Schweitzer was zijn grote voorbeeld. In 1956 behaalde hij het artsexamen. Daarna vervulde hij zijn militaire dienstplicht in de functie van Officier van Gezondheid bij de Geneeskundige Troepen in Amersfoort.

Leverancier van recepten

In 1958 werd Hans huisarts in Enschede. Hij ontdekte al snel dat hij hiervoor niet in de wieg was gelegd, hij voelde zich vooral leverancier van recepten en verwijskaarten. Hij besloot de bakens te verzetten en werd in 1960 schoolarts bij de GGD in Bussum. Hij begon daar ook zijn specialisatie tot sociaal-geneeskundige. Het was niet toevallig dat hij in Bussum terecht kwam. Hij had zijn vrouw Froukjen van Reenen in de Bussumse Spieghelkerk leren kennen. Nu keerden ze dus weer in vertrouwde omgeving terug. In 1964 werd hun zoon Frank geboren. Van 1960-1972 was Hans werkzaam als gemeentearts, tevens adjunct-directeur van de toenmalige Gemeentelijke Geneeskundige en Gezondheidsdienst (GG&GD) Bussum en van 1972-1988 als directeur van de GG&GD. Op grond van de groeiende behoefte aan sociaal-geneeskundige advisering ten behoeve van het gemeentelijk beleid, ontstond in 1978 de Districts Gezondheidsdienst Gooi-Noord; ook hieraan gaf hij leiding. Tot slot voltooide hij de fusie met de GG&GD van Hilversum, waaruit de huidige Gewestelijke Gezondheidsdienst Gooi-en Vechtstreek is ontstaan.

   

Bezorgde ouders

Veel oudere Bussummers kennen Hans nog steeds uit de periode als instructeur EHBO, gemeentearts (eerste arts ter plaatse bij een ongeval) of als schoolarts. In dat laatste geval soms als ‘slachtoffer’; ooit viel eens in dat verband vele jaren na dato de spontane opmerking ‘u heeft nog in mijn broekje gekeken’. Ofwel als ‘bezorgde ouder’, die zich nog weet te herinneren hoe Hans, na aandachtig te hebben geluisterd naar het bezorgde relaas van betrokkene, direct een raad gaf welke studierichting voor het kind het beste was. Daarbij liet hij het belang van het kind altijd prevaleren boven de wensen van de ouder, ook al was dat voor de ouders soms een teleurstelling.

Knieklachten

Als de bedrijfsarts van de Bussumse Gemeentewerken met vakantie was, viel Hans Hendriks altijd voor hem in. Zo gebeurde het dat een patiënt die al enkele weken ziek was ineens een andere dokter tegenover zich zag als hij weer op het spreekuur moest komen. De man kwam binnen met wat vage klachten over zijn knie en dat hij daardoor voorlopig nog geen kans zag het werk te hervatten. Aan de outfit van de man te oordelen, had hij echter voor die dag al andere plannen, die beslist niet plantsoenendienstgerelateerd waren, maar dat liet Hans niet merken.

Geduldig, zoals het een goede arts betaamt, hoorde Hans het relaas aan en toonde zich uiteraard begaan met ‘s mans smartelijk lot. Toen de man klaar was, vroeg Hans of hij zijn broekspijp even tot boven de pijnlijke knie wilde optrekken. Licht geschrokken voldeed de man aan het verzoek…

Hans tikte op een paar plaatsen tegen de knie… de man gaf geen krimp. “Voelt u niets?”, vroeg Hans. “Nee, nee, dokter”. “Dan mag ik u feliciteren! U bent genezen en mag weer aan het werk!”, zei Hans zonder een spier van z’n gezicht te vertrekken. “Ik zal uw chef even bellen om te vertellen dat u eraan komt.” Of de heren elkaar na afloop van het consult een hand hebben gegeven, vertelt het verhaal niet, maar het langdurig ziekteverzuim bij Gemeentewerken was die dag weer een héél klein beetje gedaald!

 

Niet teveel bedrust

Tijdens zijn opleiding tot sociaal-geneeskundige was Hans in aanraking met prof.dr. Jo Schreuder gekomen, een van de grondleggers van de geriatrie in Nederland. Uit die tijd dateert zijn belangstelling voor de ouderenzorg. Dr. Schreuder werd zijn leermeester bij de behandeling van verplegingbehoevende bejaarden. In de jaren ’60 van de vorige eeuw was er ook al sprake van een vergrijzingsproblematiek in Bussum. Hoewel dus ooit jeugdgezondheidszorg zijn specialisatie was, mocht Hans zich op grond van deze ontwikkelingen specialist noemen in ‘de theorie van de veroudering’, waar hij ook lezingen over hield. Zijn adviezen varieerden van “probeer zolang mogelijk zelf de regie over het eigen leven in handen te houden” tot ”geef niet te veel toe aan de behoefte tot bedrust” en “drink liefst 2 liter vocht per dag”, maar ook: ”zorg voor voldoende lichaamsbeweging” en “wees kritisch met medicijngebruik”.

Bestuurlijke activiteiten

In 1988 maakte Hans gebruik van de VUT-regeling, maar hij bleef nadien nog jarenlang meedraaien in diverse besturen binnen de Bussumse gemeenschap, vaak als voorzitter. Om er enkele te noemen: voorzitter Prot. Chr. Bureau voor Levens-en Gezinsmoeilijkheden in het Gooi (later opgegaan in het RIAGG), lid College voor het Bejaardenwerk Bussum, Regionaal Overlegorgaan Geestelijke Gezondheidszorg, voorzitter begeleidingsteam Bureau Centrale Registratie verpleegpatiënten, voorzitter Indicatiecommissie Wet Bejaardenoorden voor Gooi Noord-en Vechtstreek, medisch adviseur Bejaardencentrum Antoniushove, secretaris Districtsraad KNMG, voorzitter Stichting Welzijn Ouderen Naarden. Daarnaast was Hans van 1976 tot 2005 een zeer betrokken lid van de Rotary Club Bussum. Hij vervulde daar velerlei functies en werd dan ook terecht in 2000 onderscheiden tot Paul Harris Fellow, de hoogste onderscheiding in Rotaryclubverband.

   

Ervaringsdeskundige

In 2002 hield hij een boeiende lezing over ‘De theorie en praktijk van de veroudering’. Als 73-jarige ‘ervaringsdeskundige’ vertelde hij dat hij weliswaar van zijn VUT genoot, maar ook wel moeite had om zijn verworven extra tijd in voldoende mate zinvol in te vullen. Hij stelde dat komende generaties, minder calvinistisch opgevoed, hier wellicht minder problemen mee zouden hebben, uitgaande van de gedachte dat de volwassen mens blijft streven naar erkenning en naar het gevoel iets nuttigs te doen. Dit zingevingsprobleem zou volgens Hans ook veel van depressiviteit bij ouderen kunnen verklaren. Hans onderstreepte daarbij ook de meerwaarde van ontmoeting van verschillende generaties: “Wij kunnen wederzijds van elkaar leren!”.


Bronvermelding

Zoon Frank Hendriks leverde de auteur het Curriculum Vitae van zijn vader. Daarnaast werd geput uit artikelen in de Gooi-en Eemlander van 14 november 1985 en het Gooisch Weekblad van 27 juni 2002.

Jan Hammer leerde Hans Hendriks in 1988 bij de Rotary Club Bussum kennen.Hij kent Hendriks daarnaast van de Spieghelkerk en het regelmatige potje schaken. Foto’s coll. Hendriks.