Skip to main content
Bussums Historisch Tijdschrift, jaargang 36, nummer 2 (september 2020), pag 4-9

Monumenten om te leren

Luud Wierenga en Gijs Vorstman

Klik hier voor de PDF versie van dit artikel
De afbeeldingen zijn aanklikbaar voor vergroting 

In mei 2018 presenteerde het Bussums Historisch Tijdschrift een reeks artikelen over het onderwijs in Bussum. Bij die gelegenheid werd vermeld dat er in Bussum sinds het einde van de 19de eeuw maar liefst 120 scholen en schooltjes zijn geweest, naamsveranderingen meegerekend. De gebouwen waarin die scholen zijn of waren ondergebracht, kunnen we in drie categorieën verdelen:

  • gebouwen (meestal villa’s) die eind 19de/begin 20ste eeuw (tijdelijk) werden ingericht voor onderwijs;
  • de eerste scholen, die oorspronkelijk als school zijn ontworpen;
  • moderne, eind vorige eeuw of na 2000 ontworpen schoolgebouwen.

Op een bescheiden aantal daarvan willen we hieronder de aandacht vestigen. De eerste categorie laten we buiten beschouwing. Van de tweede categorie bespreken we een viertal scholen uit verschillende bouwperioden, met herkenbare monumentale elementen in plattegrond, gevels en details. Daarna besteden we aandacht aan twee moderne scholen, die weliswaar nog niet de monumentwaardige leeftijd bezitten, maar die vanwege hun opzet en uitwerking in stedenbouwkundige en/of architecturale uitwerking aandacht verdienen.

       
 
Ontwerptekening van de voor- en de achtergevel van
de Prins Hendrikschool, met de signatuur van de
gemeentearchitect J.F. Everts. In werkelijkheid doet de
achterzijde van de school thans dienst als voorzijde

Internationale vormentaal

Al vanaf de renaissance waren vormgeving en kunst voor de politieke en de geestelijke macht belangrijke middelen om zich te onderscheiden. Bij een organisatie hoorden herkenbare gebouwen. Kunstenaars, onder wie ook bouwmeesters en architecten, ontwikkelden diverse stijlen die breed aandacht en toepassing kregen. Om mee te kunnen doen werd zowel regionaal als landelijk of zelfs internationaal veel kennis en kunde uitgewisseld. Architecten maakten studiereizen en liepen stage om kennis te nemen van ontwikkelingen in vormgeving en architectuur. Ook woonden zij lezingen bij of vertelden zelf over hun ervaringen in het buitenland. Regelmatig was er aandacht voor de stedenbouwkundige samenhang. Daarom belichten wij hieronder niet alleen de architectuur maar ook stedenbouwkundige aspecten van de door ons besproken gebouwen. 

Scholen voor kinderen van forenzen

Afgezien van wat particuliere initiatieven in de tweede helft van de 19de eeuw om onderwijs te geven in bestaande gebouwen zoals schuren, woningen en villa’s, kwam de eerste scholenbouw in Bussum en omgeving pas echt op gang na het openen van de spoorlijn Amsterdam-Amersfoort in 1874. Rijke en ontwikkelde Amsterdammers kochten in het Gooi grond en bouwden er villa’s om met hun gezin de stinkende stad te ontvluchten. Middenstanders volgden hun voorbeeld. De heren hadden hun werk in de stad en reisden op en neer met de trein. Voor de kinderen moesten er natuurlijk in het Gooi schoolvoorzieningen komen.

In de onderwijswet van 1886 werden eisen gesteld aan onderwijsgebouwen. Een van de eerste echte schoolgebouwen in Bussum werd gebouwd op de hoek van de Landstraat en de Schoolstraat, de Koning Willemschool. Die school is al weer lang geleden gesloopt. Een ander groot schoolgebouw, de in 1899 opgerichte Koningin Wilhelminaschool aan het eind van de Brinklaan, grenzend aan het Bos van Bouvy, is ook gesloopt. 

       
 
De huidige hoofdingang van de Vondelschool aa in de Molenlaan

De Prins Hendrikschool

Maar in 1905 werd aan het begin van de Oud-Bussummerweg de Prins Hendrikschool geopend en die bestaat gelukkig nog wel. Het gebouw is een goed voorbeeld van een volwaardige school uit het begin van de 20ste eeuw. De school heet sinds 1965 Vondelschool.
Het ontwerp is van gemeente- architect J.F. Everts (1851-1905), die tevens het veel betreurde oude gemeentehuis van Bussum ontwierp. De school was waarschijnlijk een van zijn laatste werken. In zijn ontwerp van het gemeentehuis aan de Brinklaan van 1884 had Everts, passend voor een raadhuis, veel Hollandse neo renaissance stijlkenmerken toegepast, zoals de entree, het daktorentje, dakkapellen, de goot en kroonlijst en vooral het veelvuldig toepassen van natuursteen in de zogenoemde speklagen (de witte stroken tussen het metselwerk). 

       
De zijingang van de Vondelschool aan de Havenstraat/Hogeweg
 

Het ontwerp van de Prins Hendrikschool toont veel minder uitbundig materiaalgebruik, maar wel veel sober vakmanschap in de detaillering van het metselwerk. Dat vind je onder meer terug in de hoge verticale raamopeningen met zogenoemde segmentbogen en sluitstenen die overgaan in de al eerder genoemde speklagen van natuursteen in de gevels.

Wat ook opvalt, is de gevelindeling in traveeën met 3 en 5 raamopeningen. Elke travee duidt op een lokaal. Het is een zeer klassieke gevelindeling die je ook kunt terugvinden in bijvoorbeeld het Koninklijk Paleis op de Dam in Amsterdam, daar met een 3-5-7 indeling.

Helaas is de oriëntatie van het schoolgebouw, ondanks de symmetrie van de plattegrond en de gevels, onduidelijk binnen het stedenbouwkundig kader. Er lijken twee (hoofd)ingangen te zijn, een aan de Molenlaan en een aan de Oud Bussummerweg / Simon Stevinweg. Ondanks de hoge voorgevel, die een sterk horizontaal accent heeft, heeft deze laatste entree – toch al niet sterk geaccentueerd in de gevel met horizontale belijning – zijn karakter als hoofdentree verloren, mede door het talud dat het voorterrein scheidt van de Simon Stevinweg en  door de fors uitgegroeide bomenrij.
Dit in tegenstelling tot de entree aan de Molenlaan, eigenlijk de achterzijde van het gebouw, die door het vooruitgeschoven bouwdeel met de tuitgevel, de gemetselde kolommen en met het fraaie smeedwerk van het toegangshek zeer aanwezig is en die dan ook als entree wordt gebruikt. De lang doorlopende neergaande kapvormen duiden echter meer op de achterzijde van een gebouw. De zijingang aan de Havenstraat is duidelijk wel als zodanig herkenbaar. 

       
 
De achterzijde van de School met de Bijbel / Paulusschool
aan het Eendrachtpark

School met den Bijbel-Bommelburcht

Het huidige kinderdagverblijf de Bommelburcht (voorheen de School met den Bijbel en later Paulusschool) is stedenbouwkundig wel mooi gesitueerd. 

        
De monumentale hoofdingang van de School met de Bijbel aan
de Abraham Kuyperlaan
 

De hoofdtoegang aan de zijde van het Eendrachtpark ligt precies in het verlengde van de as van de Bijlstraat en het plantsoen, en de toegang aan de Abraham Kuijperlaan heeft een fraai toegangshek aan het schoolplein ervoor.

Deze school uit 1923 van architect Tjeerd Kuipers (1857-1942) is een fraai voorbeeld van de late Amsterdamse School en is terecht een gemeentelijk monument. 

Julianaschool

       
 
Christelijke Julianaschool, W. Kalfflaan

Ook uit die periode stamt de Christelijke Julianaschool aan de Willem Kalfflaan van architect N. Doornberg (1887-1966). Het ontwerp is van 1929. De strakke horizontale lijnen en de duidelijke dakoverstekken duiden op invloeden uit Amerika van de befaamde architect Frank Lloyd Wright.

Ook stedenbouwkundig zijn de bouwdelen goed gesitueerd en de hoofdentree heeft een duidelijk accent door de recht opgemetselde toren met verticale sierelementen. De raampartijen, de glas-in-lood ramen van het trappenhuis en het letterontwerp van de naam van de school lijken meer geïnspireerd te zijn door de Amsterdamse School. 

De Indonschool

Toen in de jaren twintig het Brediuskwartier voltooid raakte, werd er ook een basisschool gepland. In 1928 werd die naar een ontwerp van dorpsarchitect J. Gerber (18851948) gebouwd aan de Albert Neuhuyslaan en – heel prozaïsch – school G genoemd. (Meer scholen kregen toen bij de planning een letter, zoals school D voor de Prinses Marijkeschool. Kennelijk kon men er geen passende naam voor bedenken!) Later werd de school vernoemd naar Jan Ligthart. Niet te verwarren met wat nu het Jan Ligthartcentrum is van de zorgorganisatie Sherpa aan de Brinklaan naast de Koepelkerk. In 1950 werd het de school voor speciaal basisonderwijs Indon.

       
De lange daken van de Indonschool aan de Albert Neuhuyslaan,  
voorheen de Jan Ligthartschool
 

Het is een bijzonder gebouw, waarin je niet zo gauw een school  zou vermoeden. De eenvoudige, horizontale raamindeling zonder enige decoratie, de fors overstekende daken en het gebruik van baksteen duidt op de stijl die na 1925, als reactie op het functionalisme (platte daken, beton, grote stalen ramen, e.d.) werd ontwikkeld in Delft: de Delftse School.
De grote naam daar was hoogleraar M.J. Granpré Molière. Het was een terugkeer naar de traditionele bouwkunst en materiaalgebruik, die de oude ambachten weer kans gaven op te bloeien: baksteen, hout en hoge kapvormen met dakleien. In algemene zin wordt die stijl ook wel traditionalisme genoemd.

Ook de vroegere rooms-katholieke Fröbelschool aan de Herenstraat, de voormalige rooms-katholieke St.-Agnesschool aan de Brinklaan en de Prinses Juliana Bewaarschool aan de Torenlaan zijn typische voorbeelden uit die periode (het zogenoemde Interbellum, 1920-1940). In die tijd werden verscheidene stijlen ontwikkeld zoals het modernisme, nieuwe zakelijkheid, en ontstond ook De Stijl.

De hoge kappen en overstekken van de Julianaschool, de Indonschool en de voormalige Prinses Marijkeschool (nu ingericht als appartementengebouw) in de Godelindebuurt sluiten duidelijk aan bij de villa’s van het Brediuskwartier. Het landelijke karakter (buiten wonen) wordt daarmee versterkt.

Moderne schoolgebouwen

De laatste twee schoolgebouwen waar we aandacht aan willen geven zijn moderne gebouwen met een bijzonder karakter. Leermonumenten vanwege het karakter, de ligging en opzet van de bouwmassa’s.

 

            
 
 De Breeduit=school aan de Akkerlaan
   

Breeduit

De opzet van een brede school werd in het meerjarenprogramma van B&W 2002-2006 voor het eerst genoemd. De brede school is een nieuwe ontwikkeling in het positioneren van voorzieningen op één locatie, met als doel meer voorzieningen en ontmoetings mogelijkheden dicht bij elkaar te kunnen aanbieden. Werd aanvankelijk nog gedacht aan de verbouwing van de bestaande school De Zonnewijzer aan de Akkerlaan, gaandeweg koos men in 2007 voor een nieuw complex met meer (brede) functies geconcentreerd op één locatie, geïntegreerd met wonen, parkeergelegenheid en openbare ruimten. Samen vormen de functies een klein dorp.

Na enige wisselingen in het gebruik is het uiteindelijk in 2013 een centrum geworden voor protestant-christelijk en speciaal basisonderwijs, kinderopvang, GGD, bibliotheek, theater en wonen. Snelder Architecten heeft er een bijzonder gebouw van gemaakt met een strakke, functionele materiaaltoepassing, maar met een zeer acceptabele uitstraling. De hoog liggende hoofdentree leidt op originele, bijna theatrale, maar ook wel speelse wijze naar de verschillende functies. 

        
Binnenplaats en entree van de Vrije School Michaël
 

Vrije School Michaël

De laatste hier te bespreken school is op een andere wijze bijzonder, zowel wat de inrichting van het onderwijs als wat de vormgeving betreft. De Vrije School Michaël heeft een antroposofische grondslag. De uitgangspunten voor architectuur en ruimtelijke vormgeving zijn ontwikkeld op basis van de filosofieën van Rudolf Steiner. Het ontwerp uit 2010 is van SP architecten.

Als je op de hoek van de Aaltje Noorderwierlaan en de Esther de Boer van Rijklaan staat, vallen de lange, aflopende metalen dakvlakken op. Een beetje verwarrend zijn de twee witte vlakken met glasstroken, omdat de neiging bestaat juist daar naar binnen te willen lopen. De hoofdentree is echter aan de achterzijde, in de hoek, die merkwaardig genoeg ook al twee verticale voordeurvlakken heeft. Je moet naar de ingang zoeken omdat je door het fraai ingerichte binnenplein wordt afgeleid.
Opvallend is de zorgvuldige vormgeving van het buitenterrein. Deze behoort ook duidelijk bij de school en is geen kaal niemandsland. 

Koesteren en behoeden

Zo telt Bussum een keur aan scholen en schoolgebouwen. Het brede aanbod van onderwijs vertaalt zich ook in een grote variatie en kwaliteit in gebouwen, ontwerpstijl en stijlperioden. Die variatie mogen we best koesteren en behoeden voor afbraak en nuchtere nieuwbouw. Je bent nooit te oud om te leren!