Skip to main content
Bussums Historisch Tijdschrift, jaargang 34, nummer 2 (september 2018), pag 34-38

Bussum en Naarden in Oost-Europa 

Stedenbanden met de Tsjechische stadjes Valašské Meziȓíčí en Uherský Brod

Frank Groot

Klik hier voor de pdf van dit artikel
De illustraties zijn aanklikbaar voor een vergroting 

In 1989 veranderde de wereld: de koude oorlog tussen het westen en het Oostblok kwam ten einde met de val van de Berlijnse Muur en de opening van het IJzeren Gordijn. Direct ontstonden initiatieven op allerlei niveaus, van bestuurlijke aard, maar ook via organisaties en het bedrijfsleven, om de Oost-Europese landen te helpen bij de ontwikkeling van de economie, de welvaart en de politieke structuren. 

Valašské Meziȓíčí

In Bussum werd al in de jaren tachtig van de vorige eeuw gesproken over het aangaan van een jumelage (stedenband) in een Oost-Europees land. In het college en de gemeenteraad bestond daarvoor geen meerderheid, vanuit de verwachting dat de contacten te veel zouden worden geregisseerd door de regerende communistische partijen, en niet door de (lokale) bevolking zelf. Na de Wende van 1989 werden de gemeenten in Nederland uitgenodigd stedenbanden te realiseren in Oost-Europa. In de Bussumse politiek bestond een voorkeur voor een gemeente in Tsjecho-Slowakije. In Nederland was een Tsjecho-Slowaakse vereniging actief van mensen die in 1968 waren gevlucht voor de Russische tanks die de Praagse Lente de kop in kwamen drukken.

     
Stadsplein van Valašské  Meziȓíčí in 1990

 

Via die vereniging, die een lijst had van steden met belangstelling voor een jumelage, kwam Bussum in contact met de gemeente  Valašské Meziȓíčí  (kortheidshalve ValMez);  een stadje met een vergelijkbaar inwoneraantal als Bussum (zo’n 30.000). Het ligt in de heuvelachtige landstreek Walachije in het oosten van Tsjechië, in het grensgebied met Slowakije. De grootste stad in die regio is Zlín, bekend van de schoenfabriek Bata, een merk dat ook in Nederland grote bekendheid geniet. ValMez staat bekend om zijn prachtige glaskunst en om de Valašské Gobelinova, een weverij voor wandtapijten die door kunstenaars worden ontworpen. De fabriek heeft een van de weinige ateliers in Europa waar ook oude gobelins kunnen worden gerestaureerd.

Zwarte limousines

     
 
Burgemeester Holthuizen (links) spreekt de gemeenteraad
toe in ValMez; (september 1990)

In juni 1990 werden de eerste kennismakingsbrieven uitgewisseld. In september bracht een Bussumse delegatie van vijf personen, onder wie burgemeester Willem Holthuizen en wethouder Ilonka de Lange, een bezoek aan ValMez.
Na de landing op een militaire basis in Ostrava werden de Bussumers in grote zwarte limousines (Tatra’s van Russische makelij) naar ValMez gereden. In het stadje konden voorbijgangers de optocht niet waarderen – de limousines werden gezien als symbolen van onderdrukking en arrogante partijbonzen. Hoofden werden afgewend, terwijl juist toenadering de bedoeling was. De limo’s werden al snel ingewisseld voor gewone Skoda’s, zodat de kennismakingsbezoeken in het stadje minder opvallend konden plaatsvinden.

Een oude IBM-computer

Al snel bleek dat de Tsjechen een grote behoefte hadden aan kennisoverdracht. Op allerlei beleidsterreinen moest veel, zo niet alles, worden geregeld. Behalve het inrichten van een democratisch bestel en het organiseren van verkiezingen waren ruimtelijke ordening, zorg en welzijn en de gemeentelijke organisatie belangrijke punten van aandacht.
In april 1991 werd een tegenbezoek gebracht. De delegatie uit ValMez bezocht allerlei gemeentelijke afdelingen en Bussumse  organisaties. De brandweer stelde materieel beschikbaar voor ValMez en de gemeente overhandigde één (!) oude, maar nog goed werkende IBM-computer aan de bezoekers. De contacten leidden tot het aangaan van een stedenband. De gemeente Bussum noemde een van de grote vergaderruimten in het gemeentehuis vanaf dat moment de Valašské Meziȓíčí Zaal. Ambtenaren, adviseurs en bestuurders legden de eerste jaren over en weer diverse werkbezoeken af. 

         
       In juli 1997 werd Oost-Europa getroffen door heftige regenval met grote overstromingen als gevolg. In ValMez stroomde de rivier de Bečva over en kwamen lage delen van de stad 1 tot 2 m onder modderig water te staan. Via een in ValMez woonachtige Nederlander bereikten de eerste (fax)berichten het gemeentehuis: ‘Gebouwen dicht bij de Bečva zijn meegesleurd. Het leger wordt ingezet met trucks. Helikopters vliegen naar geïsoleerde woningen.’
In Bussum werd snel een hulpprogramma op touw gezet. De gemeenteraad besloot een bedrag van fl. 100.000,- (€ 45.380,-) voor noodhulp beschikbaar te stellen. Ook de brandweer bood hulp door een rubberboot te schenken, Stichting Kinderen in Nood regelde goederen en Quest Naarden schonk schoonmaak- en ontsmettingsmiddelen. De gemeente stelde kennis beschikbaar over restauratie en Monumentenzorg. Woningcorporaties boden advies en samenwerking aan voor herstel en uitbreiding van de woningvoorraad.
            
     
Bibliotheek van ValMez getroffen door de overstromingen
 

 

Historische Kring Bussum toont de geschiedenis van Bussum

Behalve hulp en kennisoverdracht op bestuurlijk niveau werden ook uitwisselingen georganiseerd van kunstenaars, verenigingen en scholen. In 1991 werd in het gemeentehuis in Bussum een verkooptentoonstelling georganiseerd van glaskunst en tapijten uit ValMez. De gemeente Bussum schafte enkele werken aan. Een jaar later werd een vergelijkbare expositie in ValMez georganiseerd met 50 kunstwerken van Bussumse kunstenaars. Een Bussumse delegatie reisde mee en wethouder Zonneveld verrichtte de opening.

      
Glasobject uit ValMez
 

Enkele jeugdelftallen van de voetbalclub in ValMez kwamen op bezoek bij BFC aan de Meerweg, waar ze bivakkeerden in het clubhuis. In 1995 ontstonden contacten met de Brandsmaschool voor basisonderwijs. Zo’n twintig Tsjechische kinderen van rond de twaalf jaar kwamen op bezoek bij groep 8. De kinderen werden ondergebracht bij gastgezinnen. Enkele jaren later was de Brandsmaschool te gast in ValMez, net als muziekvereniging Vijos, die muzikale banden was aangegaan met haar Tsjechische zusterorganisatie.

De Historische Kring Bussum verzorgde in 1998 een expositie in ValMez; over de historie van Bussum. Onder aanvoering van wethouder Gouka ging in oktober van dat jaar een groepje van vier Bussumers naar ValMez;, onder wie twee leden van de Historische Kring Bussum. Vanuit het Historische Kring Bussum-archief waren documenten en foto’s uitgekozen, die de geschiedenis van Bussum en haar meest markante lanen, pleinen en bouwwerken aan de Tsjechen toonden.

 

 

 Naarden en Uherský Brod

       
  De gemeente Naarden was om vergelijkbare redenen als Bussum een stedenband aangegaan met het stadje Uherský Brod. Deze plaats ligt ook in het oosten van Tsjechië (Moravië), maar iets zuidelijker dan  Valašské  Meziȓíčí. De verbindende schakel is de filosoof, pedagoog en theoloog Jan Amos Comenius, geboren op 28 maart 1592 vlakbij Uherský Brod . Hij was van protestanten huize en werd na 1620 door de katholieke kerk vervolgd. Om aan die vervolging te ontkomen woonde hij op veel verschillende plekken. Comenius pleitte voor een allesomvattend onderwijs aan zowel jongens als meisjes van alle standen. Hij werkte en publiceerde in verschillende Europese landen. In 1656 kreeg hij in Amsterdam onderdak bij familie De Geer. Zijn laatste jaren woonde hij aan de Egelantiersgracht, waar hij op 15 november 1670 overleed. Hij werd begraven in de Waalse Kerk in Naarden. Het koorgedeelte van de voormalige kerk waarin Comenius is begraven, werd in 1933 op verzoek van de Tsjechische overheid ingericht tot mausoleum. Voor veel Tsjechen heeft Comenius’ laatste rustplaats een grote emotionele betekenis. Nog steeds komen jaarlijks enkele duizenden Tsjechen naar Naarden.   
Het centrum van Uherský Brod
                
           
 
Veel belangstelling op het stadsplein voor de Naardense muzikanten

 

  Zeker tijdens de communistische periode was Comenius een belangrijk symbool voor de vrijheid van denken en spreken. In 1993 werd naast het mausoleum het Comeniusmuseum geopend. Het Comeniusmuseum en de Comenius Stichting spelen een belangrijke rol in de contacten tussen beide gemeenten. Zij organiseren in Naarden tentoonstellingen, lezingen en de jaarlijkse Comeniusdag. Op Comenius’ sterfdag leggen de ambassadeurs van Tsjechië en Slowakije bloemen in het mausoleum. Behalve de activiteiten rondom Comenius vinden ook culturele uitwisselingen plaats. In Naarden en Uherský Brod zijn lokale stichtingen van vrijwilligers actief om dat mogelijk te maken. De verbondenheid tussen de vrijwilligers is groot en er zijn veel contacten en vriendschappen ontstaan. In juni jongstleden is de laatste reis vanuit Naarden gemaakt, om een Hollandse kraam in te richten op de regionale streekmarkt, met stroopwafels, kaas en advocaat. Muziekvendel Nardinck verzorgde diverse optredens. De stichting Naarden-Uherský Brod wil met de gemeente Gooise Meren in gesprek om de stedenband verder vorm te geven. Daarbij zullen Comenius en culturele uitwisseling belangrijke pijlers blijven.      
           

 

Een sobere, zeer inhoudelijke stedenband

In de eerste jaren van het nieuwe millennium werd de samenwerking op de oude voet voortgezet. Een rapportage aan de gemeenteraad uit 2004 meldt: ‘Bussum onderhoudt een sobere, zeer inhoudelijke stedenband. Gelijkheid en wederkerigheid staan voorop. […] Voorbeelden van uitgevoerde projecten zijn: herstel en inventarisatie van monumenten, opstellen van een economisch ontwikkelingsplan, onderzoek naar mogelijkheden voor toerisme, advisering aan gehandicapten organisaties, participatie van de burgerij en opzetten van een regionale publieke omroep.’
Omstreeks 2005 werd een project ontwikkeld voor de verbetering van de positie van de Roma-(zigeuner)minderheidsgroepering. De kern van het project was een combinatie van scholing, werk en begeleiding van groepen Roma die moeilijk te bereiken zijn.
Bussumse raadsleden berichtten in 2008 na een werkbezoek dat de veerkracht van de inwoners en de bereidheid tot vrijwilligerswerk hun was opgevallen. ‘Hun creativiteit zie je terug in de manier hoe wordt omgegaan met soms minimale middelen. Het is indrukwekkend hoeveel zij voor elkaar krijgen op sociaal gebied. Dat is een bindende factor; mensen hebben veel voor elkaar over, daar kunnen wij van leren.’ 

Op een lager pitje

Na 2010 kwam de stedenband op een lager pitje te staan. In Bussum werd vastgesteld dat aanvankelijk de behoefte aan contacten vooral bestond in ValMez. De meerwaarde voor Bussum bestond vooral uit verbreding van visie en kennis, zowel bij de betrokken medewerkers als bij participerende inwoners en organisaties. De ontwikkeling van de Oost-Europese landen was twee decennia later zover gevorderd en werd binnen de Europese Unie zodanig met omvangrijke subsidies voor infrastructurele, economische en werkgelegenheidsprojecten ondersteund, dat de noodzaak voor de kleinschaliger lokale projecten vanuit stedenbanden sterk was verminderd.
Bussum raakte bovendien verwikkeld in het fusietraject naar gemeente Gooise Meren en wachtte met veel dossiers – waaronder een nieuwe invulling van de stedenband – op die nieuwe gemeentelijke situatie. De stedenband met ValMez is anno 2018 nog niet opgezegd, maar de blik van de gemeente Gooise Meren richt zich nu op Uherský Brod, sinds 1990 de partnerstad van Naarden (zie kader). In de komende jaren zal blijken op welke manier Gooise Meren de betrekkingen met de Tsjechische zustersteden wil blijven onderhouden. 

Met dank aan de heer Piet Vermeulen (gepensioneerd chef kabinet gemeente Bussum) en mevrouw Aleid Hamelink (secretaris stichting Naarden-Uherský Brod).

Bron 

Gemeentearchief Gooise Meren