Skip to main content
Bussums Historisch Tijdschrift, jaargang 33, nummer 3 (december 2017), pag 30-31

Ben Hosman, kunstschilder, beeldhouwer en culinair restaurateur

 Klaas Oosterom

Klik hier voor de pdf van dit artikell
De illustraties zijn aanklikbaar voor een vergroting 

Zie ook  Bussums Historisch Tijdschrift 34/1 (2018) 31

 

      
 
Ben Hosman in zijn atelier

Dat kunstenaarschap en ondernemerschap samen kunnen gaan, bewijst Ben Hosman, die niet alleen een verdienstelijk schilder en beeldhouwer was, maar ook een succesvolle horeca-ondernemer. 

Ben Hosman werd op 15 maart 1919 in Bussum geboren. Hij kreeg al jong zijn eerste schilderlessen op de avondacademie in Amsterdam. Daar kreeg hij onder anderen les van de bekende Amsterdamse schilder Cees van IJsseldijk en hij maakte in 1937 zijn eerste olieverfschilderij. Hij had een voorkeur voor het vrouwelijk lichaam. Van 1945 tot 1977 was hij actief in het zakenleven en reisde hij veel in de wijngebieden van Frankrijk, Spanje en Italië.

In die periode benutte hij alle vrije uren voor het maken van aquarellen. Vanaf het eind van de jaren zeventig kon hij zich volledig aan zijn schilderhartstocht wijden. Veel van zijn inspiratie vond hij in Nederlandse landschappen en stranden, de unieke tuinen van Monet in Giverny, de onuitputtelijke Provence; maar hij schilderde ook graag bloemen en stillevens. Zijn bronzen beelden zijn veelal balletdansers, vrouwen, golf- en tennisspelers, een dirigent, een Bourgondische wijnboer en ruiters van de Spaanse rijschool. Hosmans werk is traditioneel figuratief.

      
Vrouw met kind, brons, standplaats onbekend
 

Hosman was lid van de Larense Modeltekenclub Hamdorff, die tot 1978 was gehuisvest in het beroemde Hotel Hamdorff. Toen dat werd afgebroken, zocht hij naar een andere atelierruimte. Die vond hij in de voormalige kleuterschool aan de Brink in Laren. Daar richtte hij samen met anderen de Gooise Academie voor Beeldende Kunsten op, waarvan hij negentien jaar bestuurslid was. Hosman heeft regelmatig geëxposeerd in galerieën in Nederland en Amerika en voorts in Kasteel Groeneveld in Baarn, in gemeentehuizen en andere expositiezalen. Hij overleed op 22 januari 2009 in zijn woonplaats Blaricum.

Leo Janssen (vriend, oud-wethouder van Laren, creatief directeur bij Endemol) tekende in een interview uit 2003 het volgende uit de mond van Hosman op: “Ik was 15 jaar toen ik voor het eerst poseerde in het atelier van de schilder Arnold Pijpers in Bussum. Het schilderij hangt hier nog steeds aan de wand. Ik herinner me nog goed de lucht van de olieverf, zijn indringende manier van kijken, ik denk dat er toen een vonk is overgeslagen.” Een opleiding tot kunstschilder stuitte echter bij zijn vader op praktische bezwaren. “Daar kon je de kost niet mee verdienen. Vader had een comestibleszaak in Bussum.” Ben, de oudste van zes kinderen, ging naar de Mulo en kreeg daarna zijn eerste baantje in de koffie- en theezaak van Smit in de Leidsestraat in Amsterdam. “Dat zag mijn vader wel zitten, want koffie en thee drinken de mensen iedere dag. Ik begon er reclameborden te schilderen en buiten dat ik op de avondacademie bij een kunstschilder drie hoog achter op het Singel mijn eerste lessen in het schilderen kreeg, ben ik er ook op een reclametekenschool geweest. En in het weekend kon je me vinden aan de Karnemelksloot om boerderijtjes te schilderen. Op mijn 18de moest ik in militaire dienst en toen was er geen tijd voor mijn passie. Het was oorlog en ik werd gemobiliseerd. In 1941 moest ik me weer melden, maar dat heb ik niet gedaan. Met valse papieren heb ik het gered.”

       
 
De poffertjeskraam op de Brink in Laren, olieverf op doek, 1987

“In 1948 begon ik mijn eerste winkel, een wijn- en kaaszaak, van oudsher Warmolts aan de Nassaustraat in Bussum. Toen begin jaren vijftig de Nederlanders en de Indische mensen uit Indonesië kwamen, heb ik naast mijn kaaswinkel een Indische toko opgezet aan de Nassaulaan: Warung Jawa. En in 1955 kwam er nog een wijnzaak bij. Ik denk dat ik een echte ondernemer ben, want als een van de eerste Nederlanders zag ik in dat dat een onontgonnen gebied was. Ik kwam al snel in Frankrijk terecht, de Bourgogne en het wijnreservoir van de Languedoc. Ik introduceerde de Beaujolais Nouveau. Ik bottelde alles zelf. Duitse wijnen, sherry, en als ik in Frankrijk was begon ik mijn vrije uren te benutten met schilderen en aquarelleren. Ik raakte verliefd op de landschappen, de wijngaarden, de chateaus, de wijnboeren en de Provence, maar ik maakte bijvoorbeeld ook een Carte Gastronomique voor mijn klanten. Waar ze het lekkerste konden eten in Parijs. En ik verkocht een assortiment delicatessen, die niemand had: kreeft, oesters, zalm, fazanten. Mijn vrouw speelde daar een hele grote rol in. Vaak vroegen de klanten aan haar: ‘Mevrouw Hosman, welk dineetje beveelt u ons aan?’ De zaken aan de Nassaustraat liepen zo goed, dat ik ook een restaurant begon, bistro Warmolts, en in Amsterdam – op verzoek van het Noorse consulaat – de Norway-Inn in de Kalverstraat. Iedere avond zat het er barstensvol. In 1978 ben ik gestopt en heb ik samen met Jan Brand en Nan Funke Kupper in de huiskamer van Hannie Zeeman De Gooise Academie van beeldhouwer Kees Schrikker nieuw leven ingeblazen. We hebben toen de Gooise Academie voor Beeldende Kunsten opgericht. Het is voor ons dorp in de loop der jaren een groot succes gebleken. Ik ben 19 jaar voorzitter en actief lid van het modeltekenen en schilderen geweest.”

Hosman exposeerde regelmatig in gemeentehuizen, galerieën, in Los Angeles en in de expositiezalen van hotels en ziekenhuizen. Voor al zijn activiteiten in zijn eerste en tweede leven werd hij in 1996 door H.M. de Koningin benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje Nassau. Kunst is leven. Leven is kunst stond er op de deur van zijn atelier. “Ik denk dat ik een romanticus ben, die er altijd het meeste plezier in heeft gehad de dingen vorm te geven, zoals ik ze zag. Of het nou in St. Paul de Vence was, of in Laren in ’t Bonte Paard. Mooie kleuren, landschappen met veel zon, stranden, de mooie dingen van het leven.” 

Bronnen

  • André de Valk in zijn Lexicon kunstenaars Laren-Blaricum
  • Uit het interview (2003) van Leo Janssen, in de Laarder Courant de Bel