Skip to main content

Bussum historisch tijdschrift, jaargang 32, nummer 3 (december 2016), pag 20-24


Archibald Schimmelpenninck

Frank de Groot

Klik hier voor de pdf-versie van dit artikel.
De illustraties zijn aanklikbaar voor een vergroting.

Elke Bussumer kent het markante historische pand Archibald, al decennialang een bekend horecabedrijf. De achternaam Schimmelpenninck, waarmee het vroeger vooral bekendheid genoot, wordt sinds een aantal jaren niet meer gebruikt. In dit nummer van het Bussums Historisch Tijdschrift beschrijven we de geschiedenis van Archibald aan de hand van archiefmateriaal, herinneringen van enkele voormalige eigenaren en informatie van de huidige exploitanten. 

De beginjaren 1907 - 1940 / Parkzicht

      
 
Hotel Café Restaurant Parkzicht circa 1930

Aan het begin van de vorige eeuw werd villawijk het Prins Hendrikpark ontwikkeld. In 1907 kreeg de Bussumse architect G.J. Vos van de heer C. Sliphorst opdracht voor een hotel annex café-restaurant aan de kruising van de Brinklaan en de Generaal de la Reylaan. De kavel waarop het hotel werd gebouwd was niet ruim, omdat deze ingeklemd was tussen de Brinklaan en de Bussumervaart. Als gevolg daarvan kon het geen groot hotel worden; het beschikte over slechts zeven kamers. De kavel van 4 are was weliswaar klein, maar de locatie was goed gekozen: gelegen aan een invalsweg naar Bussum en vlak bij de bedrijvigheid van de toenmalige haven.

Met uitzicht op en
gelegen aan het in
ontwikkeling zijnde
Prins Hendrikpark
       

Bovendien met uitzicht op en gelegen aan het in ontwikkeling zijnde Prins Hendrikpark, waaraan het etablissement zijn naam Hotel Café Restaurant Parkzicht ontleende. Deze naam werd boven de ingang aan de Brinklaanzijde op een kleurrijk tegeltableau kenbaar gemaakt. Een advertentie uit 1917 prijst “logies en ontbijt vanaf fl. 1,50” aan. De hotelkamers waren op de twee etages gelegen. Op de begane grond was het café-restaurant gesitueerd, met een deels overkapt terras aan de voorzijde. In deze beginperiode werd Parkzicht ook gebruikt als zaal voor vergaderingen en (muziek)voorstellingen.

 

1940 – 1955 / Café Den Hoeck

In 1940 werd de haven van Bussum gedempt. De tegenover Parkzicht gelegen Brediusbrug over de Bussumervaart werd vervangen door de Brediusdam, als begin van de Brediusweg. Het veranderde straatbeeld leidde ertoe dat de toenmalige eigenaar de naam van het etablissement veranderde in Café Den Hoeck. Het tegeltableau met de naam Parkzicht verdween uit het zicht achter een laag witkalk. 

1955 – 1992 / Hotel Cecil

      
Hotel Café Restaurant Cecil
 

In het midden van de jaren 50 werd de naam weer veranderd. De nieuwe naam werd Hotel Cecil. Door de jaren heen werd de hotelfunctie minder. Misschien was het grotere en beter geoutilleerde hotel Jan Tabak aan het andere eind van de Brediusweg een te grote concurrent. Beneden werd het café vergroot door het overkapte terras aan de zaal toe te voegen. In die jaren werd de zaak ’s morgens bezocht door werkgevers en door arbeiders, die als dagloners werk zochten. Beide groepen klanten hadden hun eigen gedeelte in het café. De dag begon met een glaasje jenever en daarna werden afspraken gemaakt tussen de bazen en de werkers. Vaak werd de werkdag ook afgesloten in Cecil, waarbij rijkelijk bier werd getapt. In 1974 beëindigde de exploitant, de heer Pothoff, zijn werkzaamheden wegens zijn gevorderde leeftijd.

De nieuwe eigenaars, de heren R J. Hofmann en J. Harskamp, beëindigden kort na hun aantreden de hotelfunctie. De zaak werd voortgezet als Café Cecil. De hotelkamers op de etage werden omgebouwd tot zaaltjes voor bijeenkomsten en vergaderingen en kregen een eigen garderobe en buffetruimte. Beneden kwam een biljartkamer met eigen bar.

         Er waren vechtpartijen
tussen bezoekers en ook
werden er drugs gedeald
   

Het café trok na verloop van tijd een bepaald publiek, waarmee in de jaren 80 een bedenkelijke reputatie werd opgebouwd. Er waren vechtpartijen tussen bezoekers en ook werden er drugs gedeald. De zaak werd op last van de politie zelfs enige tijd gesloten.   

 1992 - 2006 / Archibald Schimmelpenninck

Een nieuwe periode begon in 1992 met een volgende exploitant, de heer Pieter Hasenaar. Hij was al bekend in de Bussumse horeca, met onder meer café Leningrad (nu De Jaargang) en Irish Pub Murphy’s, beide gelegen aan de Stationsweg. Hasenaar bracht wijzigingen aan de buitenzijde aan, waarbij het markante dakterras op de eerste verdieping met negen Griekse beelden werd opgesierd. De kamers op de etages werden gebruikt als woning. De entree werd van de Brinklaan verplaatst naar de huidige plek aan de Brediusweg. De nieuwe naam luidde: Eetcafé Archibald Schimmelpenninck, de naam die tot op de dag van vandaag zeer bekend is in Bussum. Hasenaar wist dat Archibald Schimmelpenninck de naam was van iemand die in de 19de eeuw in Bussum woonde. Hij vond het een interessante naam en verzon er het verhaal bij, dat Schimmelpenninck na een carrière als wereldreiziger uiteindelijk in Bussum was neergestreken, zodat men nu nog steeds kon genieten van de gerechten die hij op zijn reizen verzamelde en die in Eetcafé Archibald Schimmelpenninck werden bereid. Een geschilderd (fictief) portret van deze Archibald Schimmelpenninck hangt nog steeds in de Irish Pub Murphy’s.

      
 
Fictief portret van Archibald Schimmelpenninck

Omdat hij ander werk ging doen besloot Hasenaar al na drie jaar de zaak over te doen. Hij vond in 1995 een opvolger in de persoon van Jan Maurits Drijfhout Van Hooff. Deze besloot de hotelfunctie in kleine vorm terug te brengen en veranderde de naam in Groot Café en logement Archibald Schimmelpenninck. Vier kamers werden weer ingericht tot hotelkamers. Drijfhout Van Hooff wilde ook de kwaliteit verbeteren. De zaak werd daarom verbouwd tot een smaakvol Grand-café, met een goede keuken en een prachtige ruime bar, die afkomstig was uit Jan Tabak, waar deze na een verbouwing niet meer werd gebruikt. Ook werd het terras aan de voorzijde verfraaid met een schaduwgevende plataan en ander groen.

Bussum werd in 1996 verrast
doordat er opeens een auto
op het dakterras stond
     

Drijfhout Van Hooff wist de zaak goed in de publiciteit te krijgen. Zo werd Bussum in 1996 verrast doordat er opeens een auto op het dakterras stond. Het was een publiciteitsstunt, om samen met de lokale Volkswagendealer de aandacht te vestigen op Archibald Schimmelpenninck en op het toen nieuwe automodel VW Sharan. Lang hebben de Bussumers niet kunnen genieten van deze bijzondere aanblik, want op aangeven van de brandweer en de gemeente moest de auto uit oogpunt van veiligheid al na een week van het dak worden verwijderd.

Aan het begin van deze eeuw besloot Drijfhout van Hooff de hotelkamers niet langer als zodanig te gebruiken. De kamers waren toe aan renovatie en dat vergde een te grote investering. De kamers op de etages worden sindsdien gebruikt als kantoor- en opslagruimten. 

       
Huidige eetzaal
 

2007 - heden / Archibald

In 2007 beëindigde Drijfhout Van Hooff na twaalf intensieve jaren zijn werkzaamheden bij Archibald. Daarna kwam de zaak in 2007 in handen van de huidige exploitanten, het echtpaar Renske de Haan en Mark Brandenburg. Zij zijn verder gegaan op de door hun voorganger ingeslagen weg. Ze hebben de sfeer van de zaak behouden en de keuken naar een hoger plan getild. De lange naam van het etablissement werd ingekort naar Archibald Grand Café Restaurant. Zonder ‘Schimmelpenninck’ sloot het beter aan bij de naamgeving die toch al door de bezoekers werd gebruikt.

Inmiddels hebben ze ook andere eigen accenten aan Archibald aangebracht. Sinds 2010 kunnen bezoekers bij goed weer ook van het dakterras gebruikmaken. Ook is één kamer op de eerste verdieping ingericht als separate (eet)kamer voor groepen tot 15 personen. Het pand is in 2013 verder teruggebracht naar het originele ontwerp, onder andere door het weghalen van de beelden op het dakterras. Die staan na hun hoge positie in Bussum nu van hun pensioen te genieten in Heerenveen, ter verfraaiing van de Theetuin aldaar. Vorig jaar heeft de zaak aan de buitenzijde een nieuwe kleur gekregen. Het kalkwit is vervangen door crèmegeel, wat mooi aansluit op diverse Jugendstil-details in en aan het pand. Met deze vernieuwingen hebben De Haan en Brandenburg Archibald helemaal voorbereid om opnieuw een periode van ruim honderd jaar één van de markante panden in Bussum te zijn. 

   

Terug naar de oude glorie

De sfeer van het interieur zoals we dat nu kennen is met
name teruggebracht door J.M. Drijfhout Van Hooff.
Hij herstelde de oude vloer en bracht het mooie houten
plafond in volle glorie terug. Tevens bracht hij sfeer met de
prachtige open haard en met verlichting die aansloot op de
Jugendstil-details in het pand. Boven de oude toegangsdeur
aan de Brinklaan maakte hij het tegeltableaumet de
oorspronkelijke naam Parkzicht weer zichtbaar, en voegde
daar het woord ‘voorheen’ aan toe. Ten slotte zorgde hij voor
de terugkeer van de grote vlaggenmast, die ook nu nog
karakteristiek boven de Brinklaan hangt.

           

 

 

BN-ers in Archibald

Onder leiding van J.M. Drijfhout van Hooff bloeide de zaak op en werd zij ook populair bij BN-ers en artiesten. In het Spiegel was sinds de jaren 50 in voormalig gebouw Concordia een intensief gebruikte TV- en opnamestudio gevestigd. In de jaren 90 was omroep The Music Factory (TMF) daar actief met opnamen van popmuziek en videoclips. Veel artiesten wisten de weg naar Archibald te vinden, om 'bij Jan Maurits te eten' of een kort optreden te doen. Presentatrices als Caroline Tensen en Irene Moors waren vaak te gast. In die jaren trad onze nationale rock 'n roll-held Herman Brood nog regelmatig op in het Gooi. Wanneer hij in het naast Archibald gelegen jongerencentrum OpSessie (later Cameleon en nu het Filmhuis) moest optreden, huurde hij een kamer bij Archibald om zich op het concert voor te bereiden en zijn 'medicijntjes' in te nemen, zoals hij dat zelf noemde. Het idee dat Archibald een plek is waar artiesten graag vertoeven, blijkt nog steeds levend: toen in oktober j.l. popzanger Justin Bieber enige tijd in Bususm vertoefde, trokken enkele honderden jongeren die een glimp van hun idool wildenopvangen naar Archibald, waar hij zich overigens niet liet zien.

 

Met dank aan Pieter Hassenaar, Jan Maurits Drijfhout Van Hooff en Mark Brandenburg.

Bronnen: archief HKB; webarchief Gooi en Vecht Historisch; wikipedia; website Gooise Meren Informatie.

Foto's archief HKB; Frank de Groot.