Skip to main content

 Bussums Historisch Tijdschriftjaargang 30 nummer 1 (april 2014) pag. 22-25


Jan Tabak, 325 jaar Bussumse geschiedenis

Nol Verhagen

Klik hier voor de pdf-versie van dit artikel.

      
 Hotel Jan Tabak, gezien in de richting Bussum. Links Koetshuis met stalling.
Tekening, ca. 1866, uit boek Drie eeuwen gastvrijheid (coll. HKB)
   

de illustraties zijn aanklikbaar voor een vergroting.

Jan Toebaxman
Op 3 maart 2009 werd op de parkeerplaats van Jan Tabak in Bussum Peter Petersen vermoord (zie kader). De moord op Petersen is maar een van de vele dramatische momenten uit de meer dan 300-jarige geschiedenis van ‘Jan Tabak’
Om aan die 300 jaar te komen is overigens wel een klein beetje geschied vervalsing nodig. Het oorspronkelijke ‘Jan Tabak’ uit 1687 bevond zich namelijk een eindje verderop langs de weg van Amsterdam naar Amersfoort, ongeveer waar nu het Service Appartementencomplex Zandbergen te vinden is. Jan Jacobsz Toebaxman was ‘flessiaan’ (verkoper van sterke drank) in Bussum, dat toen 350 inwoners telde en geheel onderworpen was aan het machtige Naarden, met maar liefst 2300 inwoners. Hij moest dan ook aan de Naardense magistraten toestemming vragen voor het bouwen van een logement aan de steeds drukker wordende verbindingsweg Amsterdam - Amersfoort. Beide steden lagen op vier uur gaans van de nieuwe pleisterplaats, die zich midden in het schootsveld van de vesting Naarden bevond en daar ook de gevolgen van heeft ondervonden. Het logement heette Sandbergen, maar de volksmond trok zich daar niets van aan: van het begin af stond het etablissement bekend onder de naam van zijn eigenaar en oprichter. De naam heeft zelfs diverse verwoestingen en een verplaatsing van enkele honderden meters overleefd, zodat wij nu nog steeds in Bussum een Jan Tabak hebben!

 

Dikke Peter
Bent u op zoek naar een spannend en enerverend uitje voor u en uw collega’s? Dan kunt u terecht bij Jan Tabak in Bussum voor de Moordtocht CSI Cold Case. ‘Uw bedrijfsuitje verandert in een bloedstollende detective’ met een ‘moorddadige lunch of diner als afsluiter’ (overigens niet bij de prijs inbegrepen!). Ik kwam deze opmerkelijke vorm van teambuilding op het spoor toen ik in Google ‘Jan Tabak moord’ intikte, op zoek naar informatie over de koelbloedige (echte) moord die op 3 maart 2009 op de parkeerplaats van Jan Tabak werd gepleegd. Daarbij werd Peter Petersen, ook wel bekend als Dikke Peter, van dichtbij in zijn BMW X6 geliquideerd, na een ‘zakelijk treffen’ bij Jan Tabak. Dikke Peter verkeerde in het circuit van Holleeder, Endstra en Van Hout, waarin het zoals bekend slecht toeven is: alleen Willem Holleeder is nog in leven.

 

Een voortijdig einde

Maar in 1813 bevond het logement zich nog op de oorspronkelijke plek. De Franse soldaten van Napoleon kregen het benauwd nadat hun keizer bij Leipzig een gevoelige nederlaag had geleden. Om te voorkomen dat hun oprukkende tegenstanders het logement bij de belegering van Naarden als hoofdkwartier zouden gebruiken, brandden ze het maar gewoon plat (na eerst de hele omgeving grondig geplunderd te hebben). De ruïne en het bijbehorend perceel werden gekocht door een Van Rossum, die er een villa bouwde, als onderdeel van een landgoed dat zich uitstrekte over het gebied waar nu de A1 doorheen loopt. En om het verhaal rond te maken: die villa werd in 1870 vervangen door een andere villa, De Bongerd, die er tot 1960 heeft gestaan en toen plaats maakte voor het huidige appartementencomplex. En zo kwam er een einde aan de originele Jan Tabak.

 

 Een nieuwe Jan Tabak

In 1826 echter, nauwelijks 13 jaar na de verwoesting van het eerste Jan Tabak, verrees op de huidige locatie een nieuw etablissement, dat ook alweer geen Jan Tabak heette, maar Zandhoeve. Dat gaf de concurrentie ruimte om pal ernaast ook een herberg te bouwen, die De Nieuwe Jan Tabak werd genoemd. Die nieuwe herberg brandde echter al na enkele jaren af (toeval of opzet?). De eigenaar van Zandhoeve, majoor De Seyff, is zo slim de aldus vrijgekomen grond plus aanliggende percelen op te kopen en zo ruimte te creëren voor uitbreiding van zijn negotie. In 1851 verwerft de bekende A. Bredius (ja, die van de Brediusweg) de herberg. Hij laat het pand opknappen, maar in 1858 brandt ook dit pand af, volgens geschiedschrijver generaal Fabius ‘onder zeer verdachte omstandigheden’. De familie Bredius bouwt op de plek een zogenaamde buitenplaats, die echter al in 1866 weer als hotel verpacht wordt.

      
 Hotel Jan Tabak, gezien in de richting Naarden, ca. 1950 (coll. HKB)

In de volgende honderd jaar wisselt de uitspanning herhaaldelijk van eigenaar. Onder andere Henry Tindal heeft het even in zijn bezit, tot hij in 1901 in financiële problemen raakt en het weer van de hand moet doen. Maar over het algemeen gaat het goed met Jan Tabak. Het ontwikkelt zich tot ‘een drukbezocht en geliefd oord voor Gooiers en Amsterdammers voor zondaguitstapjes en voor reizigers’. In 1882 wordt de Gooise stoomtram aangelegd, in de volksmond bekend als ‘de Gooische Moordenaar’. Er komt een halte bij Jan Tabak, waardoor de accommodatie nog meer in trek komt. In de loop van de tijd wordt het complex uitgebreid met onder andere tennisbanen. Het verhaal dat Jan Tabak op Goede Vrijdag 1945 is gebombardeerd is apocrief. Maar dat het in oktober 1945 heropend wordt klopt wel. Het echtpaar Speerstra-Meuskens zwaait er intussen de scepter.

Op 27 oktober 1946 viert men de één-jarige heropening met een diner, bij welke gelegenheid een lied, ‘aangeboden door het ensemble Clairie Hegedus aan den Weled. Heer Speerstra’ ten gehore gebracht op de wijze van ‘Le reve qui passe’, met een passende tekst van de hand van ene Monny Leclair. Ik wil u het refrein niet onthouden:

                              O JAN TABAK, jij bent de bloem van ’t heele Gooiland,
O JAN TABAK, bij jou voel ik mij onderdak.
O JAN TABAK, bij jou wil ik altijd logeeren
O JAN TABAK, ‘k zal jou eeuwig prefereeren!!!

Toch zal de tijd leren dat ook die eeuwigheid betrekkelijk is. Voorlopig echter is volgens de plaatselijke pers ‘hotel Jan Tabak aan de Rijksweg te Bussum voor vele duizenden automobilisten in den lande een geliefde rendez-vous plaats. Voor anderen een uitermate uitstekende gelegenheid voor vergaderingen en conferenties in een unieke sfeer van rust en intimiteit, waar het bovendien mogelijk is, ook op culinair terrein, aan de hoogste eisen terzake tegemoet te komen’.
Speerstra realiseert in 1962 (als Jan Tabak officieel 250 jaar bestaat) nog een grootscheepse verbouwing, waardoor het hotel niet alleen beschikt over een tennisbaan, maar ook over een midget-golfbaan en een American Bar, een waar ‘Toevluchtsoord voor den reisenden man’.

      
Hotel Jan Tabak, gezien in de richting Naarden, ca. 1955 (coll. HKB)

De Rijksweg om de Noord

Desondanks komt al snel daarna de klad erin. Door de aanleg van de ‘Rijksweg om de Noord’, die wij nu de A1 noemen, komt Jan Tabak buiten de verkeersstroom te liggen. Om de problemen het hoofd te bieden kiest Speerstra voor de aanval.
In 1974 verschijnen in de Bussumse pers berichten over het voornemen om op het terrein van het hotel 61 appartementen en 8 maisonettes op te trekken. Speerstra heeft de financiering rond. De tekeningen en een maquette zijn te bezichtigen in het Gemeentehuis. Maar dan roert de buurt zich. In oktober 1976 vindt een hoorzitting plaats die zelfs de landelijke pers haalt. ‘De sfeer was vooral in het begin bijzonder geladen. Grapjes van de zijde van de burgemeester J. Aantjes werden niet gewaardeerd, terwijl de aanwezigen de grootst mogelijk bezwaren maakten ten aanzien van de gevolgde procedure’ (Gooi- en Eemlander, 13 oktober 1976). En van uitstel komt afstel: Jan Tabak raakt al snel in dusdanige financiële problemen dat sluiting onafwendbaar wordt. Op 1 november 1977 is het zover. ‘Een troosteloze aanblik vormen de restanten van Hotel Jan Tabak, het roemruchte logement aan de oude Rijksweg. Flarden vitrage wimpelen uit verrotte ramen. (). Duisternis verhult heden en toekomst van het hotel even buiten de oude vestingstad ‘ (Bussumse Courant 11 november 1978). Het gebouw verkommert in hoog tempo. ‘Het eens zo vorstelijke uitgaanshuis (verandert) in een onooglijk krot’ (Gooi- en Eemlander 10 juni 1980).

 

Bussum of Naarden?
Binnenkort maakt het niet meer uit, maar nu denken nog steeds veel mensen dat Jan Tabak niet bij Bussum maar bij Naarden hoort. Gelukkig heeft Hans Jonker daar in de Bussumse Krant enkele jaren geleden al zijn licht over laten schijnen. In 1817 werd Bussum gescheiden van Naarden. De huidige locatie van Jan Tabak ligt net aan de Bussumse kant van de gemeentegrens met Naarden. De uitgang van het parkeerterrein ligt echter wel in Naarden … waardoor Naarden de ontsluiting van het terrein moest betalen.

 

Uit de as herrezen

Toch zal Jan Tabak opnieuw uit zijn as herrijzen. Maar eerst wil de nieuwe eigenaar van het pand, het Amsterdamse bedrijf Hillen en Roosen een twintigtal vrije sector woningen op het terrein bouwen. Het plan vindt zelfs genade in de ogen van de buurt. In 1981 wordt het gebouw ‘de prooi van de sloper’. Bij nader inzien komt men echter tot de conclusie dat er op dat moment geen markt is voor dergelijke luxe huizen, die rond de vijf ton moeten gaan kosten (in guldens uiteraard).

      
Hotel Jan Tabak, ingang aan de Jan Toebacklaan, 2013 (foto Jaap van Hassel)

Dan is eind 1982 in de plaatselijke pers ineens sprake van een nieuwe Jan Tabak. De internationale hotelketen Golden Tulip wil ter plaatse een gloednieuw hotel bouwen. De gemeenteraadsfractie van de PSP komt in het geweer omdat Golden Tulip de raadsleden zou hebben willen omkopen door hun ‘verleidelijke aanbiedingen te doen in de vorm van aandelen’, die ze overigens wel gewoon zelf moeten kopen. Het protest haalt niets uit. In april 1983 slaat Prins Bernhard de eerste paal – Golden Tulip is toevallig de werkgever van zijn schoonzoon Jorge Guillermo. Voor de opening in november 1984 is een andere hoogwaardigheidsbekleder gestrikt: Sultan Hamengkubuwono IX van Djokjarkarta. De tabak komt immers uit Indonesië… De sultan slaat drie keer op een gong. Douwe Egberts deelt Goudse pijpen uit. Er zijn gelukkig ook drie Indonesische danseressen.
En zo komt het dat in 1987 toch nog het 300-jarig bestaan van Jan Tabak kan woorden gevierd.

Veel informatie voor dit artikel is ontleend aan een publicatie van W.G.M. Cerutti in Tussen Vecht en Eem, 1983