Skip to main content

Contactblad Historische Kring Bussum 19/1 (mei 2003) pag. 55-58


VI. Bijzondere personen

Coby de Jong& Joke van den Bosch

Klik hier voor de pdf-versie van dit artikel.
Onderstaande illustraties zijn aanklikbaar voor een vergroting.

In het Prins Hendrikpark hebben in de loop der tijd mensen gewoond, die op één of ander wijze een bijzondere plaats in de Bussumse gemeenschap innamen. Een viertal laten we de revue passeren: burgemeester Haspels, arts Van de Upwich, huisarts De Lind van Wijngaarden, en de Apostel Slok. 

Burgemeester Johannes Cornelis Haspels

       
 
(Piershil 1 oktober 1901-Bussum 28
augustus 1965). Op de achtergrond
de Zuiderkerk aan deCeintuurbaan.
Deze wordt momenteel afgebroken.

J.C. Haspels begon zijn gemeentelijke loopbaan in 1919 in Spijkenisse, werkte daarna op de gemeentesecretarie van Zwijndrecht en was vervolgens chef van de afdeling financiën in Nieuwer-Amstel. Van l januari 1934 tot 1 november 1935 was hij gemeentesecretaris in Enkhuizen en vanaf 1 november 1935 tot juli 1949 burgemeester in dezelfde gemeente. Met ingang van 1 juli 1949 werd de heer J.C. Haspels benoemd tot burgemeester van Bussum. De familie Haspels vestigde zich toen aan de Generaal de la Reijlaan 20. Van 1960 tot 1963 was Haspels tevens lid van de Eerste Kamer voor de Antirevolutionaire Partij.

Burgemeester Haspels was niet bepaald het type burgervader dat lachend en groetend en in alle kinderwagens kijkend de gemeente doorwandelde. Hij voelde zich meer aangetrokken tot het terrein van de gemeentelijke huishouding en financiën. Bij zijn zilveren ambtsjubileum wordt duidelijk dat hij in de eerste jaren vooral veel heeft moeten saneren, maar dat met moed en voortvarend ter hand nam. In de eerste 2½ jaar werkte hij zo een begrotingstekort van f 1.250.000,- weg, zo meldde de voorzitter van de protestants christelijke fractie in zijn toespraak.

Tijdens zijn bestuur worden grote plannen ontwikkeld om de gemeentelijke huishouding een behoorlijke woon- en werkruimte te verschaffen. Hij had in Enkhuizen op dit gebied ook al zijn sporen nagelaten, maar daar had hij de tijd mee. In die tijd was er een grote werkloosheid die o.a. werd bestreden door gemeentelijke projecten te laten uitvoeren. In 1960 is de situatie omgekeerd. Er is een tekort aan arbeidskrachten waardoor de Overheid het bouwen moet afremmen. Bussum, onder leiding van zijn burgemeester, werkte in afwachting van betere tijden aan de plannen voor een nieuw raadhuis, een brandweerkazerne, een zwembad, een politiebureau en een gebouw voor de G.G.D.

Burgemeester Haspels overleed in Bussum op 28 augustus 1965. Op 2 september werd hij, na een dienst in de Wilhelminakerk, begraven op de algemene begraafplaats in Bussum. Zijn vrouw bleef tot haar overlijden wonen aan de Generaal de la Reijlaan 20. Later heeft een van de zoons, prof.dr. A.A. Haspels, die als gynaecoloog assisteerde bij koninklijke geboortes, in dit huis gewoond. 

H. van de Upwich

       
   

In 1947 begon de arts H. van de Upwich op Prins Hendriklaan 1 een praktijk natuurgeneeskunde. Van de Upwich kwam op jeugdige leeftijd vanuit Indonesië naar ons land om er in Leiden een medische opleiding te volgen. Na een aanvullende studie in Wenen werd hij orthopedische chirurg in Leiden en Den Haag. Na een praktijk van tien jaar in het Haags Juliana Kinderziekenhuis stond hem dat "timmer en naaiwerk", zoals hij dat noemde, niet meer aan. Na enkele aanvullende studies vestigde hij zich als huisarts eerst in Den Haag en daarna in Bussum.

Van de Upwich was een markant figuur in 't Gooi en kreeg ook landelijke bekendheid als vurig pleitbezorger van de natuurgeneeskunde. In een driedelige tv-uitzending van de NCRV over alternatieve geneeskunst was hij een van de gegadigden en toonde zijn kunsten met de reinigende c.q. genezende beet van een bloedzuiger in iemands nek. Hij ging ervan uit dat de meeste kwalen veroorzaakt werden door verkeerd eten. Daarom schreef hij een streng dieet voor, waarin voor koffie, wijn en het onreine dier (varkensvlees dus) geen plaats was.

In 1984, Van de Upwich is dan 86 jaar, stopte hij met zijn praktijk aan de Prins Hendriklaan. Hij verhuisde naar Zorgcentrum De Veste, waar hij in 1997 op honderdjarige leeftijd overleed. Wat een dieet al niet vermag! De Gooi-en Eemlander bracht op 8-12-1997 het bericht van zijn overlijden. 

De Lind van Wijngaarden

      
   

J.W. de Lind van Wijngaarden werd op 10 september 1901 in Utrecht geboren als zoon van een predikant. Hij studeerde medicijnen in Utrecht en trouwde in De Bilt op 30 oktober 1929 met Mr. W.A.A. van Binsbergen. Het echtpaar kreeg drie kinderen.

Hij begon als arts in Nistelrode (de praktijk van zijn schoonvader). In 1932 vestigde hij zich in Ruurlo. In de oorlog was hij zeer inventief. Hij had in zijn spreekkamer een distillatie-installatie gebouwd, waarmee hij zijn eigen jenever stookte. Hij kreeg of kocht het graan van de boeren, liet dat uitkiemen en bereidde zo zijn jenever. Van de korrel tot de borrel, noemde hij dat! Van lijnzaad bereidde hij lijnolie, van suikerbieten maakte hij stroop en hij maakte zelfs een soort zeep.

Na de oorlog kwam hij naar Bussum, Albrechtlaan 28, waar hij de praktijk overnam van dokter Bouman. Hij nam daarbij ook de medische zorg voor het personeel van de spoorwegen over. Hij had een groot aantal Marokkanen in zijn praktijk, bij wie hij zeer geliefd was. De reden waarom zijn collega's hem wel "de koning van Marokko" noemden.

Van dokter de Lind van Wijngaarden was bekend dat hij meerdere hobby's had, zoals schaken, geologie, verzamelen van antiek en geschiedenis. Hij bleef tot op hoge leeftijd (76 jaar) praktiserend arts. Hij overleed op 31 juli 1990.

Met dank aan mevrouw Brinkhorst-De Lind van Wijngaarden te Bussum. 

De Apostel L. Slok

Volgens het Bussummer adresboek van 1947 woonde Lambert Slok, hoofdbestuurder Hersteld Apostolische Zendingsgemeente in de Eenheid der Apostelen (H.A.Z.E.A.) aan de Rostocklaan 13. Deze Lambert Slok heeft een invloedrijke en omstreden rol gespeeld in de Apostolische Kerk in Nederland.

      
 
4. Rostocklaan 13, het woonhuis van
Lambert Slok. Foto Maria Monster.

De Apostolische Kerk kreeg haar eerste Bussumse leden rond 1902. Die gingen toen in Weesp of Hilversum naar de kerk. In 19 12 maakten ze gebruik van de vroegere kleuterschool op de Hogeweg 24. In 1918 kocht de toenmalige Apostel Van Oostbree een pand aan de Kromme Englaan, de latere synagoge. Dit eigen onderkomen werd op de duur te klein voor de gemeente, die uitgroeide tot ongeveer 400 gemeenteleden. In 1930 werd een grotere kerk gebouwd aan de Oud Bussummerweg, hoek Dr. F. van Eedenweg, die tot 1953 in gebruik is geweest. In dat jaar werd een nieuw eigen gebouw in gebruik genoemn aan het Prinses Beatrixplantsoen.

Na de tweede wereldoorlog ontstonden er problemen over de opvolging van Van Oostbree. Deze had bij zijn overlijden als opvolger de toenmalige districtverzorger L. Slok aangewezen. De hoofdapostel was er echter niet in gekend. Het Apostelcollege in Duitsland maakte bezwaar, de kwestie leidde tot een kerkscheuring en tot een rechterlijke uitspraak in 1951, dat alle eigendommen moesten worden afgestaan aan de Hersteld Apostolische Zendingsgemeente.

Dr. C.N. Impeta besteedt in 'Kaart van kerkelijk nederland' [Kok Kampen, 1964 2e druk] enige regels aan de kwestie. Hij schrijft: "De leden der gemeente verdeelden zich in twee kampen. Aan de groep, de minderheid, die aan de stamapostel trouw bleef, werden door de rechter de goederen toegewezen. De meerderheid die Slok wilden eerbiedigen als apostel, namen nu de naam aan van Apostolisch Genootschap. Deze groep wordt door de anderen beschouwd als van het oude beginsel te zijn afgeweken. Deze apostel Slok is voor zijn volgelingen het orgaan van God in onze tijd, door hetwelk Hij nu spreekt. Van Jezus, de Eersteling, gold in zijn dagen: zonder Mij kunt gij niets doe'. Maar nu, in onze dagen, komt het andere woord van Jezus tot gelding: die na Mij komen, zullen grotere dingen doen dan Ik."
M.a.w.: Lambert Slok was de apostel, die door God geroepen was om Hem te openbaren, en dan met name in zijn woonplaats Bussum. In het adresboek van 1954 staat hij niet meer vermeld.